Werken met draadloze accessoires
Via Bluetooth®-technologie kun je de MacBook Pro draadloos verbinding laten maken met apparaten zoals een Bluetooth-toetsenbord, -muis of -trackpad, AirPods, een koptelefoon, randapparatuur en draagbare sportaccessoires.
Voordat je een Bluetooth-apparaat voor het eerst met je Mac kunt verbinden, moet je beide apparaten koppelen. Wanneer een Bluetooth-apparaat met je Mac is gekoppeld, kun je het verbinden of de verbinding verbreken via het Bluetooth-menu .
Een Bluetooth-apparaat verbinden. Schakel het apparaat in zodat het detecteerbaar is, open Systeemvoorkeuren en klik op 'Bluetooth'. Selecteer het apparaat in de lijst en klik op 'Verbind'. Het apparaat blijft verbonden totdat je het verwijdert. Houd de Control-toets ingedrukt en klik op de naam van een apparaat om het te verwijderen.
Bluetooth in- of uitschakelen. Klik op het bedieningspaneelsymbool in de menubalk, klik op het Bluetooth-symbool en klik op de regelaar om Bluetooth in of uit te schakelen. Als het Bluetooth-symbool in de menubalk staat, kun je daarop klikken om de regelaar in of uit te schakelen. Je MacBook Pro wordt geleverd met Bluetooth ingeschakeld.
Tip: Als je het Bluetooth-symbool niet in de menubalk ziet, kun je het toevoegen. Klik op het Bluetooth-symbool in het bedieningspaneel, klik op 'Bluetooth-voorkeuren' en selecteer 'Toon Bluetooth in menubalk'.
Meer informatie. Zie Bluetooth-apparaten gebruiken met de Mac in de macOS-gebruikershandleiding.