Trackpad- en muisgebaren gebruiken op de Mac
Als je een trackpad of een Magic Mouse van Apple met je Mac gebruikt, kun je met gebaren, zoals klikken, tikken, samenknijpen en vegen, onder andere inzoomen op documenten, door muziek of webpagina's bladeren, het berichtencentrum openen en foto's roteren.
Trackpad-gebaren
Je kunt met een of meer vingers op het oppervlak van het trackpad onder andere klikken, tikken, schuiven en vegen. Als je bijvoorbeeld in een document van de ene pagina naar de andere wilt gaan, veeg je met twee vingers naar links of rechts. Om alle trackpadgebaren te zien die je met je Mac kunt gebruiken, of om trackpadgebaren uit te schakelen of te wijzigen, kies je Apple-menu 
> 'Systeemvoorkeuren' en klik je op 'Trackpad'.
Open het paneel 'Trackpad' in Systeemvoorkeuren
Muisgebaren
Je kunt met een of meer vingers op je muis klikken, tikken, schuiven en vegen. Als je bijvoorbeeld in een document van de ene pagina naar de andere wilt gaan, veeg je met één vinger naar links of rechts. Om alle muisgebaren te zien die je met je Mac kunt gebruiken, of om gebaren uit te schakelen of te wijzigen, kies je Apple-menu > 'Systeemvoorkeuren' en klik je op 'Muis'.
Open het paneel 'Muis' in Systeemvoorkeuren
