wetsuit
Uiterlijk
- wet·suit
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘kleding voor plankzeilen e.d.’ voor het eerst aangetroffen in 1984 [1]
- samenstelling van het Engelse wet (nat) en suit (pak)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wetsuit | wetsuits |
verkleinwoord | wetsuitje | wetsuitjes |
de wetsuit m
- (kleding) pak gemaakt van neopreen, waarbij tussen het pak en het lichaam van de drager een dun laagje water aanwezig is en zo de drager beschermt tegen onderkoeling
- Het woord wetsuit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wetsuit" herkend door:
87 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "wetsuit" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be