weersvoorspelling
Uiterlijk
- weers·voor·spel·ling
- samenstelling van weer en voorspelling met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | weersvoorspelling | weersvoorspellingen |
verkleinwoord |
de weersvoorspelling v
- (meteorologie) het weer dat voor de komende dagen verwacht wordt
- De weersvoorspelling geeft men tijdens het weerbericht.
- ... maar ik ben bang dat de persoon in kwestie zijn hoofd zal schudden, zijn papieren met analyses en weersvoorspellingen opzij zal schuiven en met een dappere glimlach zal zeggen: Het weer 's ochtends? Dat is alleen maar zo om ervoor te zorgen dat we het weer een dag kunnen volhouden. [1]
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord weersvoorspelling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Harstad, JohanMax, Mischa & Het Tet-offensief 2017 ISBN 9789057598494 pagina 13