vreeslijk

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vreeslijk    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• vrees·lijk

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van vrees met het achtervoegsel -lijk

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	vreeslijk	vreeslijker	vreeslijkst
verbogen	vreeslijke	vreeslijkere	vreeslijkste
partitief	vreeslijks	vreeslijkers	-

Bijvoeglijk naamwoord

vreeslijk

1. vreselijk

_{Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijwoord}

Bijwoord

vreeslijk

1. vreselijk

Gangbaarheid

• Het woord vreeslijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.