voyeurisme

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  voyeurisme    (hulp, bestand)
• IPA: / vwajøˈrɪsmə / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• voy·eu·ris·me

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘het optreden als voyeur’ voor het eerst aangetroffen in 1953
• afgeleid van voyeur met het achtervoegsel -isme

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	voyeurisme	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

het voyeurisme o

1. (seksualiteit) het heimelijk en doorgaans met seksuele lustgevoelens observeren van mensen die geheel of gedeeltelijk naakt zijn en al dan niet seksuele handelingen verrichten

   ▸ De inmenging van het heteroseksuele verlangen blijft echter niet beperkt tot voyeurisme.

2. (figuurlijk) het opzettelijk uitlichten van iets waar een taboe op rust

   ▸ Die bijdragen vormen geen liefdevol afscheid, maar zijn staaltjes van voyeurisme.

Vertalingen

    1.   

Engels: voyeurism (en) Frans: voyeurisme (fr) m

Spaans: voyeurismo (es) m

Gangbaarheid

• Het woord voyeurisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "voyeurisme" herkend door:

91 %	van de Nederlanders;
95 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Frans

Woordherkomst en -opbouw

• Van voyeur met het achtervoegsel -isme.

enkelvoud		meervoud
zonder lidwoord	met lidwoord	zonder lidwoord	met lidwoord
voyeurisme	le voyeurisme

Zelfstandig naamwoord

voyeurisme m

1. voyeurisme