verzoenen
Uiterlijk
- ver·zoe·nen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verzoenen |
verzoende |
verzoend |
zwak -d | volledig |
verzoenen
- vrede laten sluiten
- Hij slaagde er in de twee kampen te verzoenen.
- verzoendag, verzoenend, verzoener, verzoening, verzoeningsbijeenkomst, verzoeningscommissie, verzoeningsconferentie, verzoeningsgebaar, verzoeningsgesprek, verzoeningsgezind, verzoeningsgezindheid, verzoeningspoging
1. vrede laten sluiten
- Het woord verzoenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verzoenen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %