vermakelijk
Uiterlijk
- Geluid: vermakelijk (hulp, bestand)
- ver·ma·ke·lijk
- Naamwoord van handeling van vermaken met het invoegsel -e- met het achtervoegsel -lijk
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vermakelijk | vermakelijker | vermakelijkst |
verbogen | vermakelijke | vermakelijkere | vermakelijkste |
partitief | vermakelijks | vermakelijkers | - |
vermakelijk [1]
- iets is vermakelijk als iets je prettig bezig houdt.
- Het woord vermakelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vermakelijk" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be