Naar inhoud springen

vakne

Uit WikiWoordenboek
  • vak·ne
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord vakna.
vervoeging
onbepaalde wijs vakne
tegenwoordige tijd vakner
verleden tijd vaknet
vakna
voltooid
deelwoord
vaknet
vakna
onvoltooid
deelwoord
vaknende
lijdende vorm vaknes
gebiedende wijs vakn
vakne
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

vakne

  1. onovergankelijk ontwaken, wakker worden
  2. onovergankelijk bijkomen
  3. onovergankelijk, (figuurlijk) herleven
    «Om våren vaknar naturen til nytt liv.»
    In de lente herleeft de natuur tot nieuw leven.
  • [1]: vakne tidlig om morgenen
vroeg in de ochtend uit de slaap ontwaken
  • [2]: vakne av narkosen
van een narcose bijkomen


  • vak·ne
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord vakna.
vervoeging
onbepaalde wijs vakne
vakna
tegenwoordige tijd vaknar
verleden tijd vakna
voltooid
deelwoord
vakna
onvoltooid
deelwoord
vaknande
lijdende vorm vaknast
gebiedende wijs vakn
vakna
vakne
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

vakne

  1. onovergankelijk ontwaken, wakker worden
  2. onovergankelijk bijkomen
  3. onovergankelijk, (figuurlijk) herleven
  • [1]: vakne tidleg om morgonen
vroeg in de ochtend uit de slaap ontwaken
  • [2]: vakne av narkosen
van een narcose bijkomen