thu
Uiterlijk
- thu
thu
- verouderde spelling of vorm van tu tot 1901
- thu
- Afgeleid van het Angelsaksische þū
thu
- jij, je; 2e persoon nominatief enkelvoud
- thu
- Afgeleid van het Oudsaksische thū
thu
- Nedersaksisch: dow, diu, du
- Plautdietsch: dü
- IPA: /θuː/
- thu
thu
- jij, je; 2e persoon nominatief enkelvoud
- Fries: do, dû
- Noord-Fries: di, du, dü
- Saterfries: du
- thu
thu
- jij, je; 2e persoon nominatief enkelvoud
- Middelhoogduits: du
- Alemannisch: du
- Beiers:
- Duits: du
- Jiddisch: דו (du)
- Luxemburgs: du
- Pennsylvania-Duits: du
- Paltsisch: du
- Riograndenser Hunsrückisch: du
- Ripuarisch: do
- thu
thu
- jij, je; 2e persoon nominatief enkelvoud
- thu
thu
- jij, je; 2e persoon nominatief enkelvoud
- Middelnederduits: du, dû, thu
- Nedersaksisch: dow, diu, du
- Plautdietsch: dü
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbenadrukt | benadrukt | onbenadrukt | benadrukt | |
1e persoon | mi mhi |
mise mhise |
sinn | sinne |
2e persoon | thu tu |
thusa tusa |
sibh | sibhse |
3e persoon (mannelijk) |
e | esan | iad | iadsan |
3e persoon (vrouwelijk) |
i | ise |
thu
Categorieën:
- Woorden in het Duits
- Woorden in het Duits van lengte 3
- Oude spelling van het Duits van voor 1901
- Verouderd in het Duits
- Woorden in het Middelengels
- Persoonlijk voornaamwoord in het Middelengels
- Woorden in het Middelnederduits
- Persoonlijk voornaamwoord in het Middelnederduits
- Woorden in het Oudfries
- Woorden in het Oudfries met IPA-weergave
- Persoonlijk voornaamwoord in het Oudfries
- Woorden in het Oudhoogduits
- Woorden in het Oudhoogduits van lengte 3
- Persoonlijk voornaamwoord in het Oudhoogduits
- Woorden in het Oudnederlands
- Persoonlijk voornaamwoord in het Oudnederlands
- Woorden in het Oudsaksisch
- Persoonlijk voornaamwoord in het Oudsaksisch
- Woorden in het Schots-Gaelisch
- Persoonlijk voornaamwoord in het Schots-Gaelisch
- Informeel in het Schots-Gaelisch