terminatief
Uiterlijk
- Geluid: terminatief (hulp, bestand)
- ter·mi·na·tief
- afgeleid van terminatie met het achtervoegsel -ief
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | terminatief | terminatieven |
verkleinwoord | - | - |
de terminatief m
- (taalkunde) een naamval die in het Nederlands omschreven zou worden met "tot aan"
- Het Baskisch kent een terminatief.
1. een naamval die in het Nederlands omschreven zou worden met "tot aan"
stellend | |
---|---|
onverbogen | terminatief |
verbogen | terminatieve |
terminatief
- (taalkunde) begrensd door een einde
- "Een appel eten" is terminatief; "een kar duwen" niet-terminatief.
- Het woord 'terminatief' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.