Naar inhoud springen

sou

Uit WikiWoordenboek
  • sou
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘stuiver’ voor het eerst aangetroffen in 1793 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord sou sous
verkleinwoord soutje soutjes

de soum

  1. (numismatiek) Franse stuiver
    • Ik geef geen sou voor dat smoesje 
34 % van de Nederlanders;
34 % van de Vlamingen.[2]


enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  sou     le sou     sous     les sous  

sou m

  1. (numismatiek) sou, Franse stuiver