onverbloemd

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  onverbloemd    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• on·ver·bloemd

Woordherkomst en -opbouw

• afleding verbloemd met het voorvoegsel on-

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	onverbloemd	onverbloemder	onverbloemdst
verbogen	onverbloemde	onverbloemdere	onverbloemdste
partitief	onverbloemds	onverbloemders	-

Bijvoeglijk naamwoord

onverbloemd

1. zonder iets mooier te laten zijn dan het is, (te) eerlijk

   • Akyol is genomineerd voor de prijs omdat hij volgens jurylid Joost Eerdmans 'al jaren onverbloemd en autonoom over de multicuturele samenleving'schrijft. De Pim Fortuyn Prijs is een jaarlijkse prijs voor de meest Fortuynistische persoon in Nederland. 
   • Tegen haar ongehuwde dochter sprak ze ook onverbloemd: "Volgens Marokkanen ben je al over de datum." 

Synoniemen

• boudweg, eerlijk, ongegeneerd, onomwonden, ruiterlijk, onbewimpeld, onverhuld, rondweg, cru, grof, oprecht, openhartig

Antoniemen

• verbloemd, omwonden

Vertalingen

    1.   

Engels: explicit (en), crude (en), blunt (en), unequivocal (en), direct (en), plain (en), clear (en), frank (en)

Gangbaarheid

• Het woord onverbloemd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "onverbloemd" herkend door:

95 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.