okt
Uiterlijk
Niet te verwarren met: okt., økt |
- okt
- (verkorting) van het Nederlandse zelfstandige naamwoord oktober
de okt m
- (afkorting) tiende kalendermaand, oktober
- «Gesloten: 5 okt 2011 en 19 okt 2011.»
- Op 5 en 19 oktober 2011 gesloten.
- «Gesloten: 5 okt 2011 en 19 okt 2011.»
- Echte afkortingen worden als regel met een punt geschreven: okt., maar in opsommingen waar uit de context al duidelijk is dat het om de naam van een maand gaat is het gebruikelijk om de punt weg te laten[1].
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Afkortingen van de namen van de maanden op website: taaladvies.net; geraadpleegd 2016-10-25
- Het woord okt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.