ochtendkrieken
Uiterlijk
- Geluid: ochtendkrieken (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɔxtəntˌkrikə(n) / (4 lettergrepen)
- och·tend·krie·ken
- samenstelling van ochtend zn en krieken zn [1][2][3]; krieken is strikt genomen een werkwoord, maar wordt hier zelfstandig gebruikt
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ochtendkrieken | - |
verkleinwoord | - | - |
het ochtendkrieken o
- het aanbreken van de dag
- Het woord ochtendkrieken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.