minut

Pools

Uitspraak

• IPA: /ˈmʲĩnut/

Zelfstandig naamwoord

minut

1. genitief meervoud van minuta

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /mɪnʊta/

Woordafbreking

• mi·nut

Zelfstandig naamwoord

minut

1. genitief meervoud van minuta

Werkwoord

minut

1. mannelijk enkelvoud passief deelwoord van het perfectieve werkwoord minout

Wymysoojs

Zelfstandig naamwoord

minut v

1. (eenheid)(natuurkunde)(tijdrekening) minuut; eenheid van tijd

Schrijfwijzen

• minüt

Zweeds

Uitspraak

• Geluid:  minut    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• mi·nut

Zelfstandig naamwoord

minut g

1. minuut

Verbuiging

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	minut	minuten	minuter	minuterna
genitief	minuts	minutens	minuters	minuterna

Afgeleide begrippen

• minutvisare