loc
Uiterlijk
- loc
- Afgekorte vorm van locomotief
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | loc | locs |
verkleinwoord | locje | locjes |
- (spoorwegen), (verkeer) locomotief.
- De trein werd voortgetrokken door een loc.
- Het woord loc staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "loc" herkend door:
48 % | van de Nederlanders; |
21 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
loc o
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief en accusatief | loc | locuri |
lidwoordsvorm | locul | locurile |
datief en genitief | locului | locurilor |
vocatief |
loc o
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 3
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Spoorwegen in het Nederlands
- Verkeer in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 48 %
- Prevalentie Vlaanderen 21 %
- Woorden in het Angelsaksisch
- Zelfstandig naamwoord in het Angelsaksisch
- Woorden in het Roemeens
- Zelfstandig naamwoord in het Roemeens