Naar inhoud springen

liplezen

Uit WikiWoordenboek
  • lip·le·zen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
liplezen
(las lip)
lipgelezen
klasse 5 volledig

liplezen

  1. overgankelijk trachten door naar de beweging van iemands mond en diens lichaamstaal te kijken, te begrijpen wat er gezegd wordt, zonder het geluid te kunnen waarnemen
    • [...] nee, in een close up van Wesley vlak na het doelpunt liplazen wij duidelijk twee keer het woord 'Robben'.[1] 
    • De geschreven en lipgelezen taal was voor haar een moeizaam bestudeerde vreemde taal [.]. 
  • De Taalunie geeft het werkwoord als een onvolledig werkwoord, maar andere vormen dan de onbepaalde wijs komen spaarzaam voor.
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. Was die Presse schreibt ... - Kein Keloel 2008
    Gekrenkte sinaasappels
    Nico Dijkshoorn
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be