icoon
Uiterlijk
- icoon
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘voorstelling van Christus, Maria en/of de heiligen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1]
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘iemand met grote invloed’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1997 [1]
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘pictogram’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1987 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | icoon | iconen |
verkleinwoord | icoontje | icoontjes |
- een heiligenafbeelding zoals deze in de kerken van het oosten vereerd wordt
- In het Byzantijnse rijk van Constantijn V werd de verering van iconen vervolgd.
- (informatica) pictogram, een meestal aanklikbare kleine afbeelding op een computerscherm die een bestand of programma activeert
- Dubbelklik rechtsonderaan op het icoon om het antivirusprogramma te openen.
- Het woord icoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "icoon" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ 1,0 1,1 1,2 "icoon" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be