heilicht
Uiterlijk
- hei·licht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heilicht | heilichten |
verkleinwoord |
het heilicht o
- bliksem zonder dat men de donder hoort
- Het woord 'heilicht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "heilicht" herkend door:
31 % | van de Nederlanders; |
33 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ heilicht op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be