heiblok
Uiterlijk
- hei·blok
- samenstelling van hei ww en blok [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heiblok | heiblokken |
verkleinwoord | - | - |
het heiblok o
- (techniek) zwaar blok van een heimachine dat men op een heipaal laat vallen
- ▸ De heimachine was bevestigd op twee betonnen pontons en voorzien van een heiblok van drie ton.[2]
- stamper van de stratenmakers
- Het woord heiblok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "heiblok" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
61 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be