hardvochtig
Uiterlijk
- Geluid: hardvochtig (hulp, bestand)
- hard·voch·tig
- In de betekenis van ‘ongevoelig’ voor het eerst aangetroffen in 1785 [1]
- Samenstellende afleiding van hard en vocht met het achtervoegsel -ig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | hardvochtig | hardvochtiger | hardvochtigst |
verbogen | hardvochtige | hardvochtigere | hardvochtigste |
partitief | hardvochtigs | hardvochtigers | - |
hardvochtig
- zonder medelijden
- Het hardvochtige optreden van de huurlingen leidde tot het ontstaan van een verzetsbeweging.
1. zonder medelijden
- Het woord hardvochtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hardvochtig" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ "hardvochtig" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be