genezen
Uiterlijk
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
genezen | genezend |
genezing | genezen |
- ge·ne·zen
- In de betekenis van ‘beter (doen) worden’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1200 [1]
- met het voorvoegsel ge- [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
genezen /ɣən'ezə(n)/ |
genas /ɣə'nɑs/ |
genezen /ɣə'nezə(n)/ |
klasse 5 | volledig |
genezen
- ergatief, (medisch) gezond worden, herstellen van ziekte of verwonding
- Het was een wonder dat zij van deze dodelijke ziekte genazen.
- ergatief, (medisch) (van een ziekte zelf) weer overgaan, weer voorbijgaan
- Een verkoudheid geneest meestal vanzelf.
- overgankelijk, (medisch) iemand gezond maken
- Hij werd door een beroemd arts behandeld en genezen.
- ▸ De tweede werd geboren in de zesde eeuw. Eigenlijk was hij een zeer eenvoudige monnik, die later abt werd van het klooster in Myra. Een bijzonder vrome man, die door zijn gebed de mensen kon genezen. Hij overleed op 10 december van het jaar 564.[3]
- overgankelijk, (medisch) (een ziekte) helen
- Kanker valt niet altijd te genezen.
- Voorkomen is beter dan genezen.
door voorzichtig te zijn kun je problemen en ongelukken voorkomen
1. ergatief: gezond worden, herstellen van ziekte of verwonding
|
genezen
- weer gezond geworden
- De genezen wond is nog wat gevoelig.
- vervoeging van genezen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
vervoeging van: | genezen… |
geen verbogen vorm |
genezen
- voltooid deelwoord van genezen
- Het woord genezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "genezen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "genezen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ genezen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ “Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), Lemniscaat , p. 10
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Voorvoegsel ge- in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 5 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergativerend werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Voltooid deelwoord gelijk aan onbepaalde wijs
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %