gaze
Uiterlijk
- Van Middelengels gasen, gazen, aangetroffen vanaf eind 15e eeuw. Herkomst mogelijk Scandinavisch.[1]
enkelvoud | meervoud |
---|---|
gaze | gazes |
gaze
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to gaze |
he/she/it | gazes |
verleden tijd | gazed |
voltooid deelwoord |
gazed |
onvoltooid deelwoord |
blazing |
gebiedende wijs | gaze |
gaze
- onovergankelijk (~at) (intensief) staren
- overgankelijk (intensief) kijken, staren naar