fret

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  fret    (hulp, bestand)
• IPA: / frɛt / (1 lettergreep)

Woordafbreking

• fret

Woordherkomst en -opbouw

• [A] via Middelnederlands foret / furet van Frans furet, in de betekenis van ‘marterachtige’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1287
• [B] via Middelnederlands foret van Frans foret, in de betekenis van ‘boortje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1351
• [C] van Engels fret

[A]	enkelvoud	meervoud
naamwoord	fret	fretten
verkleinwoord	fretje	fretjes

Zelfstandig naamwoord

fret o en m

1. (roofdieren) bepaald soort klein marterachtig zoogdier, Mustela putorius furo 

Hyperoniemen

• bunzing, kleine marters, marterachtigen, roofdieren, zoogdieren, gewervelden, chordadieren, dieren

Verwante begrippen

• katfret, Midden-Amerikaanse katfret, Noord-Amerikaanse katfret

Hyponiemen

• bunzingfret

Afgeleide begrippen

• fretkat, fretkatten
• fretboor, fretbord, fretloos, frettenjacht, fretzaag

Verwante begrippen

marterachtigen:

•  Amerikaanse marter  
•  Amerikaanse nerts  
•  Amerikaanse otters  
•  Aziatische das  
•  bergwezel  
•  Birmese zonnedas  
•  boommarter  
•  Borneose zonnedas  
•  bunzing  
•  Chinese zonnedas  
•  das  
•  dassen  
•  Europese nerts  
•  fits  
•  fluwijn  
•  geelbuikwezel  
•  gestreept stinkdier  
•  gestreepte bunzing  
•  gevlekte bunzing  
•  grison  
•  hermelijn  
•  honingdas  
•  Japanse das  
•  Japanse marter  
•  Japanse otter  
•  Javaanse wezel  
•  Javaanse zonnedas  
•  Kaapse otter  
•  kleine marters  
•  kleinklauwotter  
•  kustotter  
•  langstaartotter  
•  langstaartwezel  
•  Maleise bonte marter  
•  marter  
•  marters  
•  mink  
•  naaktzoolwezel  
•  nerts  
•  nilgirimarter  
•  otter  
•  otters  
•  Patagonische wezel  
•  reuzenotter  
•  rivierotter  
•  rugstreepwezel  
•  sabeldier  
•  sabelmarter  
•  Siberische wezel  
•  skunk  
•  slanke otter  
•  steenmarter  
•  steppebunzing  
•  stinkdier  
•  stinkotter  
•  Sumatraanse otter  
•  tayra  
•  varkensdas  
•  veelvraat  
•  vismarter  
•  visotter  
•  vlekhalsotter  
•  West-Europese das  
•  wezel  
•  witnekwezel  
•  zeemink  
•  zeeotter  
•  zilverdas  
•  zuidelijke rivierotter  
•  zwartvoetbunzing  

Vertalingen

    1. bepaald soort klein marterachtig zoogdier, Mustela putorius furo   

Deens: fritte (da) g Duits: Frettchen (de) o Engels: ferret (en) Fins: fretti (fi) Frans: furet (fr) m

Italiaans: furetto (it) m Pools: fretka (pl) Spaans: hurón (es) m Welsh: ffured (cy) Zweeds: tamiller (sv)

Werkwoord

vervoeging van
fretten

[A] fret

1. enkelvoud tegenwoordige tijd van fretten
2. gebiedende wijs van fretten

[B]	enkelvoud	meervoud
naamwoord	fret	fretten
verkleinwoord	fretje	fretjes

Zelfstandig naamwoord

[B] fret m

1. (gereedschap) dunne boor met schroefdraad

• 
  1. Een ouderwetse fret.

Synoniemen

• fretboor

Hyperoniemen

• schroefboor

[C]	enkelvoud	meervoud
naamwoord	fret	fretten frets
verkleinwoord	fretje	fretjes

Zelfstandig naamwoord

[C] fret m

1. (muziek) metalen richel op de hals van een snaarinstrument (gitaar) waarop de snaar wordt afgeknepen

Afgeleide begrippen

• fretloos

• 
  C 1.Het plaatsen van frets op een gitaarhals

Synoniemen

• bunde

Vertalingen

    C 1. metalen richel op de hals van een snaarinstrument (gitaar) waarop de snaar wordt afgeknepen   

Duits: Bund (de) m Engels: fret (en) Frans: frette (fr) v

Gangbaarheid

• Het woord fret staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fret" herkend door:

94 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Engels

Uitspraak

• Geluid:  fret(US)    (hulp, bestand)

enkelvoud	meervoud
fret	frets

Zelfstandig naamwoord

fret

1. (muziekinstrument): fret

Verwante begrippen

• brigde, clavichord, guitar, neck, nut, string, fingerboard

Afgeleide begrippen

• fretted

Werkwoord

fret (to fret, fretted, fretting)

1. (muziekinstrument): een snaar tegen een fret drukken

Frans

Zelfstandig naamwoord

fret m

1. goederen die getransporteerd worden door een schip of trein.
2. een te betalen kostprijs voor het vervoer van goederen door een schip.