fiancé
Uiterlijk
- fi·an·cé
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fiancé | fiancés |
verkleinwoord | fianceetje | fianceetjes |
de fiancé m
- (traditioneel) iemand met wie je officieel hebt afgesproken te gaan trouwen
- Met nukkige regelmaat werkte hij zijn programma af: allerlei kennissen moesten officieel op de hoogte worden gesteld van zijn huwelijk. Een groter corvee vond hij de officiële kennisgeving aan de oom en tante van Bep, David Simons en zijn vrouw Davida (‘tante Da’). (…) Bep veegde haar fiancé, verwend jongetje als hij was, de mantel uit en wees hem er fijntjes op dat zíj ook de nodige corveeën had moeten doorstaan met kennissen van hém. [1]
- (hedendaags) iemand met wie je nauwer dan vriendschappelijk omgaat en de verwachting deelt een stel te blijven
- Door haar verhalen maakte ik kennis met al haar minnaars die ik al na twee zondagen niet meer uit elkaar kon halen. Ook Sem leerde ik kennen op haar zolder. Hij kwam boven met zijn fiets en een plastic tas vol rozen. Hij groette mij alsof ik daar al jaren kwam en ging op de bank liggen en viel in slaap. ‘Mijn fiancé,’ zei Jola. Ze zei het zacht en geheimzinnig. [2]
- [1] verloofde
- [2] vaste verkering
- [2] vriend (voorafgegaan door een bezittelijk voornaamwoord in het enkelvoud)
- mannelijke vorm van fiancee
- Het woord fiancé staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fiancé" herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
71 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Snoek, K.E. du Perron. Het leven van een smalle mens. (2005) Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam; ISBN 90 388 69541; p.633; geraadpleegd 2019-03-17
- ↑ Grunberg, A."Jola de danseres" in: De Tweede Ronde. jrg. 15 nr. 3 (winter 1994) G.A. van Oorschot, Amsterdam; p. 9; geraadpleegd 2019-03-17
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- Afgeleid van het Franse woord fiancé.
enkelvoud | meervoud |
---|---|
fiancé | fiancés |
fiancé
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
fiancé | fiancés | le fiancé | les fiancés |
fiancé
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 76 %
- Prevalentie Vlaanderen 71 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 6
- Woorden in het Frans met audioweergave
- Woorden in het Frans met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Frans