elektroda

Kasjoebisch

Zelfstandig naamwoord

elektroda v

1. (natuurkunde)(elektrotechniek) elektrode; een stuk materiaal dat alleen elektronische geleiding kent en dat dient om een stroom door een eletrolyt of een vacuüm te voeren

Schrijfwijzen

• elektróda

Hyponiemen

• anoda
• katoda

Afgeleide begrippen

• elektrodowi
• elektródny

Pools

Uitspraak

• IPA: /ɛlɛktrɔda/
• Geluid:  elektroda    (hulp, bestand)

Zelfstandig naamwoord

elektroda v

1. (natuurkunde)(elektrotechniek) elektrode; een stuk materiaal dat alleen elektronische geleiding kent en dat dient om een stroom door een eletrolyt of een vacuüm te voeren

Afgeleide begrippen

• elektrodowy

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /ɛlɛktrɔda/

Woordafbreking

• elek·t·ro·da

Zelfstandig naamwoord

elektroda v

1. (natuurkunde)(elektrotechniek) elektrode; een stuk materiaal dat alleen elektronische geleiding kent en dat dient om een stroom door een eletrolyt of een vacuüm te voeren

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	elektroda	elektrody
genitief	elektrody	elektrod
datief	elektrodě	elektrodám
accusatief	elektrodu	elektrody
vocatief	elektrodo	elektrody
locatief	elektrodě	elektrodách
instrumentalis	elektrodou	elektrodami

Hyponiemen

• anoda v
• duant monbezield
• katoda v

Afgeleide begrippen

• elektrodový

Verwante begrippen

• elektro-

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch / Duits)