doorschijnen
Uiterlijk
- door·schij·nen
- samenstelling van door en schijnen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorschijnen |
scheen door |
doorgeschenen |
klasse 1 | volledig |
doorschijnen [1]
- onovergankelijk licht doorlaten
- blijven schijnen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorschijnen |
doorscheen |
doorschenen |
klasse 1 | volledig |
doorschijnen [2]
- overgankelijk overal beschijnen
- Het woord doorschijnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 1 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Onovergankelijk werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal