braden

Nederlands

Spam braden in koekenpan.

Uitspraak

• Geluid:  braden    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈbradə(n) / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• bra·den

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘gaar maken op vuur’ voor het eerst aangetroffen in 1240
• Voorheen behoorde het werkwoord tot klasse 7: braden - bried - gebraden

..er werd gerstedrank in bereid, terwijl sommige krijgsgevangen vleesch brieden.

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
braden	braadde (bried)	gebraden
klasse 7 zwak -d gemengd	volledig

Werkwoord

braden

1. overgankelijk, (kookkunst) vlees bereiden door het in olie of vet te verhitten

   • - Zij braadde de hamlapjes in gebruinde boter. 
   • - Vlees kun je braden ander voedsel verhitten in olie of vet heet bakken. 

Uitdrukkingen en gezegden

• ergens de boter uit braden

niet hard werken (letterlijk: boter smelt makkelijk en je krijgt er dus makkelijk vet uit)

Hyponiemen

• aanbraden, opbraden, overbraden, uitbraden, verbraden

Afgeleide begrippen

   

braadaal braadappel braadboter braadgras braadhaan braadharing braadijzer braadjus braadkip braadlucht braadoven braadpan braadrooster braadschol braadschotel braadslede braadslee braadspiering braadspil braadspit braadstuk braadvarken braadvet braadvlees braadworst braadzak braderij gebraad

Vertalingen

    1. vlees bereiden door het in vet te verhitten   

Bulgaars: пържа (bg), пека на скара (bg) Deens: stege (da) Duits: braten (de) Engels: roast (en), fry (en), bake (en)

Papiaments: asa Pools: smazyć (pl) Russisch: жарить (ru) Spaans: asar (es) , freír (es), tostar (es)

Gangbaarheid

• Het woord braden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "braden" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.