amerikanske

Deens

Woordafbreking

• ame·ri·kans·ke

Naar frequentie	1116

Bijvoeglijk naamwoord

amerikanske, g / o

1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van amerikansk

amerikanske, mv

1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van amerikansk

Noors

Woordafbreking

• ame·ri·kans·ke

Naar frequentie	1241

Bijvoeglijk naamwoord

amerikanske, m / v / o

1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van amerikansk

amerikanske, mv

1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van amerikansk

Nynorsk

Woordafbreking

• ame·ri·kans·ke

Bijvoeglijk naamwoord

amerikanske, m /v / o

1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van amerikansk

amerikanske, mv

1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van amerikansk