De Blauwvoet
De Blauwvoet | |
Auteur | Albrecht Rodenbach |
Genre(s) | Studentenlied, Strijdlyriek |
Brontaal | Nederlands |
Datering | 1875 |
Bron | Wikipedia |
Auteursrecht | Publiek domein |
Meer over De Blauwvoet op Wikipedia |
De Blauwvoet is een bekend Vlaams studentenlied. Het lied is terug te vinden in de blauwe studentencodex editie 2007 blz. 348.
Eerste strofe
[bewerken]Nu het lied der Vlaamse zonen,
nu een dreunend kerelslied,
dat in wilde noordertonen
uit het diepst ons herte schiet.
Keerzang
[bewerken]Ei! het lied der Vlaamse zonen,
met zijn wilde noordertonen,
met het oude Vlaams Hoezee.
Vliegt de blauwvoet? Storm op zee!
Tweede strofe
[bewerken]'t Wierd gezeid dat Vlaanderen groot was,
groot scheen in der tijden wolk,
maar dat Vlaanderland nu dood was,
en het vrije kerelsvolk.
Derde strofe
[bewerken]Maar dan klonk een stemme krachtig
over 't oude noordzeestrand
en het stormde groots en machtig,
in dat dode Vlaanderland.
Vierde strofe
[bewerken]En hier staan wij, 't hoofd omhoge,
vuisten siddrend, kokend bloed;
vlam in 't herte, vlam in de oge,
en ons naam ons trillen doet!
Vijfde strofe
[bewerken]Van de blonde noordse stranden,
dwang en buigen ongewend,
onze vaders herwaarts landden,
leden, streden, ongetemd.
Zesde strofe
[bewerken]Ja wij zijn der Vlamen zonen,
sterk van lijve, sterk van ziel,
en wij zou'n nog kunnen tonen,
hoe de klauw der Klauwaars viel.
Zevende strofe
[bewerken]Op ons vane vliegt de Blauwvoet,
die voorspelt het zeegedruis,
en de Leeuw er met zijn klauw hoedt
mijn lieve dierbaar kruis.
Achtste strofe
[bewerken]Weg de bastaards, weg de lauwaards.
ons behoort het noordzeestrand,
ons de kerels, ons de Klauwaars,
leve God en Vlaanderland!