Station Tienen
Opening | 22 september 1837 | |||
---|---|---|---|---|
Sluiting | 1988 (goederen) | |||
Telegrafische code | FTNN | |||
Lijn(en) | 36 | |||
Reizigerstellingen[1] • Weekdag • Zaterdag • Zondag |
(2022) 3.963 1.051 879 | |||
Beheerder | NMBS | |||
Architectuur | ||||
Aantal perrons | 4 (2 buiten dienst) | |||
Ligging | ||||
Coördinaten | 50° 48′ NB, 4° 56′ OL | |||
Externe link | Stationsinformatie NMBS | |||
|
Station Tienen is een spoorwegstation langs spoorlijn 36 (Brussel - Luik) in de stad Tienen.
Het station was tevens het eindstation van de voormalige spoorlijnen 22 uit Diest en 142 uit Namen. Beide spoorlijnen werden tussen 1967 en 1990 over de ganse lengte opgebroken en vervangen door een fietspad.
Het stationsgebouw dateert van 1840 (jaartal vermeld op gevelsteen, zie foto hiernaast) en is het oudste nog bestaande stationsgebouw in België én het Europese vasteland. Het was een evenwichtig gebouw met een hoog centraal deel met puntgevel en aan iedere zijde een gelijkvloerse uitbouw, alle drie met dezelfde ritmiek: venster, deur, venster, deur, venster. Door de vele verbouwingen vanaf eind 19e eeuw is alle symmetrie en uitstraling van het gebouw evenwel verloren gegaan. Ook binnen werd het gebouw regelmatig aangepast aan de noden van de dag en blijft er weinig of niets van de originele architectuur over.
Alle goederensporen werden opgebroken en vervangen door parkeerplaatsen, zowel aan de Zijdelingsestraat als aan de Tramstraat.
Het economisch belang van het station behelst voornamelijk het personenverkeer van pendelaars van en naar Brussel en Leuven.
In het station is men bezig met de renovatie van de sporen en de perrons. De perrons worden opgehoogd en integraal toegankelijk gemaakt, er komen nieuwe luifels en schuilhuisjes, nieuwe toegangshellingen en nieuwe trappen. Deze werken zullen nog tot 2024 duren. Daarnaast zal NMBS vanaf 2023 ook het stationsgebouw renoveren.[2]
Treindienst
[bewerken | brontekst bewerken]Serie | Treinsoort | Route | Bijzonderheden |
---|---|---|---|
IC 03 | Intercity (NMBS) | Genk – Tienen – Leuven – Brussel-Zuid – Gent-Sint-Pieters – Brugge – Blankenberge | |
IC 14 | Intercity (NMBS) | Quiévrain – Bergen – Brussel-Zuid – Leuven – Tienen – Luik-Guillemins | Rijdt alleen op werkdagen. |
IC 29 | Intercity (NMBS) | [ De Panne – ] Gent-Sint-Pieters – Aalst – Brussel-Zuid – Brussels Airport-Zaventem – Leuven – Tienen – Landen | Rijdt in het weekend De Panne - Landen. |
S 9 | GEN (NMBS) | Landen – Tienen – Leuven – Brussel-Schuman – Nijvel | Rijdt alleen op werkdagen. |
P 7300/8300 | Piekuurtrein (NMBS) | Genk – Hasselt – Tienen – Leuven – Brussel-Zuid | Rijdt alleen op werkdagen. |
P 7310/8310 | Piekuurtrein (NMBS) | Leuven – Tienen – Hasselt – Genk | Rijdt alleen op werkdagen. |
P 7400/8400 | Piekuurtrein (NMBS) | Luik-Guillemins – Tienen – Leuven – Brussel-Zuid | Rijdt alleen op werkdagen. |
Reizigerstellingen
[bewerken | brontekst bewerken]De grafiek en tabel geven het gemiddeld aantal instappende reizigers weer op een week-, zater- en zondag.[3]
Tabel: aantal instappende reizigers station Tienen | |||
---|---|---|---|
Weekdag | Zaterdag | Zondag | |
1977 | 6 380 | 1 167 | 965 |
1978 | 5 752 | 1 045 | 755 |
1979 | 5 900 | 784 | 796 |
1980 | 5 780 | 866 | 1 056 |
1981 | 6 356 | 997 | 700 |
1982 | 5 451 | 792 | 737 |
1983 | 5 243 | 828 | 770 |
1984 | 4 507 | 787 | 570 |
1985 | 5 230 | 935 | 885 |
1986 | 4 412 | 809 | 800 |
1987 | 4 182 | 798 | 735 |
1988 | 4 078 | 859 | 745 |
1989 | 4 125 | 826 | 583 |
1990 | 4 208 | 1 009 | 684 |
1991 | 3 506 | 757 | 771 |
1992 | 4 154 | 880 | 655 |
1993 | 3 890 | 736 | 624 |
1994 | 3 505 | 840 | 743 |
1995 | 3 989 | 918 | 767 |
1996 | 4 144 | 806 | - |
1997 | 3 910 | 909 | - |
1998 | 3 952 | 1 014 | 682 |
1999 | 3 121 | 1 058 | 718 |
2000 | 3 404 | 1 212 | 812 |
2001 | 3 531 | 1 064 | 708 |
2002 | 2 995 | 918 | 791 |
2003 | 3 010 | 980 | 793 |
2004 | 3 502 | 1 170 | 882 |
2005 | 3 437 | 1 096 | 880 |
2006 | 3 849 | 1 302 | 960 |
2007 | 3 796 | 1 284 | 972 |
2008 | - | - | - |
2009 | 4 398 | 1 370 | 1 260 |
2010 | - | - | - |
2011 | - | - | - |
2012 | 4 639 | 1 486 | 1 303 |
2013 | 4 978 | 1 364 | 1 209 |
2014 | 4 033 | 1 537 | 1 263 |
2015 | 4 708 | 1 312 | 1 042 |
2016 | 4 853 | 1 354 | 1 101 |
2017 | 4 548 | 1 317 | 1 306 |
2018 | 4 157 | 1 492 | 1 314 |
2019 | 3 963 | 1 692 | 1 135 |
2020 | 2 500 | 495 | 510 |
2021 | - | - | - |
2022 | 3 963 | 1 051 | 879 |
2023 | 4 056 | 1 171 | 1 151 |
Diensten
[bewerken | brontekst bewerken]In juli 2017 renoveerde de Burgerbeweging OpgewekTienen de klassieke stationskroeg in het stationsgebouw dat eerder omwille van stationsrenovatie werd gesloten. Als Pand 10 is het een open huis voor burger- en buurtinitiatieven.
De oude fietsenstalling in het stationsgebouw is ondertussen gesloten. Er zijn wel fietsrekken voorzien buiten het stationsgebouw, waar er ook blue-bikes ter beschikking zijn. Aan de niet-stadszijde van de spoorlijn is er een grote parkeerplaats die bereikbaar is met een voetgangerstunnel onder de sporen. Het busstation is aan de zijkant van het spoorstation.
Buurtspoorwegen
[bewerken | brontekst bewerken]Tienen werd bediend door drie buurtspoorlijnen: (lijn 305) naar Bevekom (Brussel), (lijn 297) naar Aarschot en (lijn 315B) naar Sint-Truiden. De reizigerstrams vertrokken en eindigden voor het spoorstation. De lijn van Bevekom reed echter eerst langs de achterzijde van het station, waar er een stelplaats was. Verderop reed de tram dan onder de spoorweg door om uiteindelijk bij het spoorstation te komen. Vele trams uit Bevekom eindigden dan ook op de stelplaats. De vroegere stelplaats werd tot 2017 gebruikt door De Lijn bussen. Daarna zijn deze bussen naar de stelplaats van Tielt-Winge verhuist. Intussen zijn deze door hun ouderdom al allemaal uit dienst genomen.
- ↑ De bron voor de gegevens is NMBS – Reizigerstellingen. De tellingen worden meestal uitgevoerd in de maand oktober: gedurende 9 opeenvolgende dagen (5 werkdagen en de 2 omliggende weekends) worden dan door het stations- en treinbegeleidingspersoneel visuele tellingen verricht. De methode bestaat erin het aantal in- en uitstappende reizigers te tellen in alle stations en stopplaatsen en dit voor alle treinen van het binnenlands verkeer. Het getal naast het kopje 'weekdag' slaat op het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld gedeeld door vijf), zaterdag en zondag staan apart vermeld. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn.
- ↑ NMBS (7 oktober 2020). Vervoersplan 12/2020 2023 - Vlaams Brabant.
- ↑ De bron voor de gegevens zijn de jaarlijks door de NMBS in oktober uitgevoerde reizigerstellingen. Stationspersoneel en treinbegeleiders tellen dan visueel gedurende negen opeenvolgende dagen (vijf werkdagen en de twee aansluitende weekends) in alle stations en stopplaatsen het aantal instappende reizigers en dit voor alle binnenlandse treinen. De groene balk geeft het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers weer op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld en gedeeld door vijf). Zaterdag wordt weergegeven door de blauwe en zondag door de rode balk. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn. In 2008, 2010, 2011 en 2021 (corona) werden geen tellingen uitgevoerd. De gegevens zijn online raadpleegbaar, zoekterm Reizigerstellingen