Naar inhoud springen

Resolutie 688 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 688
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 5 april 1991
Nr. vergadering 2982
Code S/RES/688
Stemming
voor
10
onth.
2
tegen
3
Onderwerp Koerdische en sji´itische opstanden in Irak
Beslissing Eis dat Irak de repressie stopte en vroeg hulp voor de vluchtelingen.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1991
Permanente leden
Niet-permanente leden
Vlag van Oostenrijk Oostenrijk · Vlag van België België · Vlag van Ivoorkust Ivoorkust · Vlag van Cuba Cuba · Vlag van Ecuador (1900-2009) Ecuador · Vlag van India India · Vlag van Roemenië Roemenië · Vlag van Jemen Jemen · Vlag van Zaïre Zaïre · Vlag van Zimbabwe Zimbabwe
Een Duitse helikopter bij Koerdische kinderen tijdens Operatie Provide Comfort in 1991.
Een Duitse helikopter bij Koerdische kinderen tijdens Operatie Provide Comfort in 1991.

Resolutie 688 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 5 april 1991 aangenomen. Dat gebeurde met tien stemmen voor, drie tegen (Cuba, Jemen en Zimbabwe) en twee onthoudingen (China en India).

Zie Golfoorlog (1990-1991) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Nadat Irak in 1991 de Golfoorlog had verloren, braken er opstanden uit in het Koerdische noorden en het sji´itische zuiden van het land. Men verwachtte er dat de coalitietroepen die Koeweit hadden bevrijd hen bij zouden staan, maar dat gebeurde niet. De opstanden werd door Irak hardhandig de kop ingedrukt.

Resolutie 688 zou later worden gebruikt om de Iraakse no-flyzones en Operatie Desert Fox te rechtvaardigen.

De Veiligheidsraad:

  1. veroordeelt de onderdrukking van het Iraakse volk wat de vrede in de regio bedreigt;
  2. eist dat Irak de repressie stopzet en een open dialoog start om de rechten van alle Iraakse burgers te verzekeren;
  3. dringt erop aan dat Irak humanitaire organisaties toegang geeft tot degenen die hulp nodig hebben;
  4. vraagt de Secretaris-Generaal om zijn inspanningen voort te zetten en te rapporteren op basis van een missie naar de regio;
  5. vraagt de Secretaris-Generaal ook om alle mogelijke middelen te gebruiken om de vluchtelingen en ontheemden dringende hulp te bieden;
  6. doet een oproep aan alle lidstaten en humanitaire organisaties om bij te dragen;
  7. eist dat Irak meewerkt met de secretaris-generaal;
  8. besluit om op de hoogte te blijven.

Verwante resoluties

[bewerken | brontekst bewerken]