Resolutie 1081 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Uiterlijk
Resolutie 1081 | ||
---|---|---|
Van de | Veiligheidsraad van de Verenigde Naties | |
Datum | 27 november 1996 | |
Nr. vergadering | 3715 | |
Code | S/RES/1081 | |
Stemming | voor 15 onth. 0 tegen
0 | |
Onderwerp | Wapenstilstand tussen Syrië en Israël | |
Beslissing | Verlenging interim VN-macht met zes maanden. | |
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1996 | ||
Permanente leden | ||
Niet-permanente leden | ||
Botswana · Chili · Egypte · Guinee-Bissau · Duitsland · Honduras · Indonesië · Italië · Zuid-Korea · Polen
| ||
De Syrische hoofdstad Damascus.
|
Resolutie 1081 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 27 november 1996 unaniem aangenomen door de VN-Veiligheidsraad.
Achtergrond
[bewerken | brontekst bewerken] Zie Jom Kipoeroorlog voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Na de Jom Kipoeroorlog kwamen Syrië en Israël overeen de wapens neer te leggen. Een waarnemingsmacht van de Verenigde Naties moest op de uitvoer van de twee gesloten akkoorden toezien.
Inhoud
[bewerken | brontekst bewerken]De Veiligheidsraad:
- Overwoog het rapport van de secretaris-generaal over de VN-waarnemingsmacht UNDOF.
- Beslist:
- a. De partijen op te roepen onmiddellijk resolutie 338 uit te voeren.
- b. Het mandaat van de macht met een periode van zes maanden te verlengen tot 31 mei 1997.
- c. De secretaris-generaal te vragen dan te rapporteren over de ontwikkelingen en de genomen maatregelen om resolutie 338 uit te voeren.