Naar inhoud springen

Keizer Lodewijk de Beier

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lodewijk de Beier
Onderdeel van de cenotaaf ter nagedachtenis aan keizer Lodewijk III in de Frauenkirche van München door Hans Krumpper (1622)
Onderdeel van de cenotaaf ter nagedachtenis aan keizer Lodewijk III in de Frauenkirche van München door Hans Krumpper (1622)
Rooms-Duits koning en keizer
Regeerperiode 1314 - 1347
Verkiezing 20 oktober 1314 in Frankfurt
Kroning 25 november 1314 in Aken
Kroning (Italië) 31 mei 1327 in Milaan
Keizerskroning 17 januari 1328 in Rome
Tegen- en medekoning Frederik de Schone (1314-1330)
Voorganger Hendrik VII van Luxemburg
Opvolger Karel IV van Luxemburg
Hertog van Opper-Beieren
Regeerperiode 1301-1340
Mederegent Rudolf I (1301-1317)
Voorganger Rudolf I
Opvolger Verenigd met Neder-Beieren
Hertog van Beieren
Regeerperiode 1340-1347
Voorganger Johan I (Neder-Beieren)
Opvolger Lodewijk V, Stefanus II, Lodewijk VI, Willem I, Albrecht I en Otto V
Paltsgraaf aan de Rijn
Regeerperiode 1317-1329
de jure Adolf (1319-1327)
Voorganger Rudolf I
Opvolger Rudolf II en Ruprecht I
Huis Wittelsbach
Vader Lodewijk de Strenge
Moeder Mathilde van Habsburg
Geboren 1 april 1282
München, Opper-Beieren
Gestorven 11 oktober 1347
Puch, Beieren
Begraven Frauenkirche in München
Echtgenotes 1. Beatrix van Silezië
2. Margaretha van Henegouwen
Religie Rooms-katholiek

Lodewijk de Beier (München, 1 april 1282Puch, 11 oktober 1347), uit het huis Wittelsbach, was de jongste zoon van Lodewijk II de Strenge en diens laatste echtgenote Mathilde van Habsburg.

Hertog van Beieren

[bewerken | brontekst bewerken]

Hij volgde in 1294 zijn vader, onder de voogdijschap van zijn moeder, Mathilde van Habsburg, op. Hij werd in 1300 mederegent van zijn oudere broeder Rudolf en kreeg in 1311 bij de opdeling van Opper-Beieren de landstreek aan de linkeroever van de Isar.

Rooms-Duits koning en keizer

[bewerken | brontekst bewerken]

Na de dood van Hendrik VII werd Lodewijk in 1314 door vijf keurvorsten tot Rooms-Duits koning (als Lodewijk V) (feitelijk keizer) gekozen, terwijl de anderen voor hertog Frederik de Schone van Oostenrijk (een neef van Lodewijk) stemden. Hierover werd acht jaar lang een burgeroorlog gevoerd. Lodewijk verdreef in 1317 zijn broer Rudolf van de Palts, die zich bij het kamp van Oostenrijk had aangesloten, uit de Palts, maar gaf dit land in 1329 aan diens zonen terug. Lodewijk versloeg Frederik de Schone in 1322 bij de Slag bij Mühldorf.

Aan zijn oudste zoon Lodewijk gaf hij in 1322 de mark Brandenburg. In Italië ondersteunde hij de Visconti’s tegen paus Johannes XXII, die op dat moment te Avignon verbleef en hen in 1324 in de ban deed.

In 1327 trok hij naar Italië, liet zich te Milaan tot koning van Italië en te Rome, nadat hij de Franciscaan Petrus van Corbière als (tegen)paus Nicolaas V had aangesteld, tot keizer kronen. Zijn belangrijkste raadgever was sinds 1329 Marsilius van Padua.

Hij steunde Frederik II van Sicilië in zijn strijd tegen de koning van Napels, Robert van Anjou, maar moest in 1330 naar Duitsland terugkeren. Hij raakte ook nog in conflict met koning Filips VI van Frankrijk, maar verzoende zich met hem. Hij stichtte de abdij van Ettal in 1330.

De invloed van de Franse koning op de thans te Avignon residerende pausen verhinderde een verzoening met paus Benedictus XII. De Duitse vorsten onthieven de keizer echter van de ban en stelden in de keurvereniging van Rhens (15 juli 1338) een rijkswet vast tegen de inmenging van de pausen bij de verkiezing van een Duits keizer. Vanaf 1340 was hij hertog van heel Beieren als Lodewijk IV.

Nu bereidde Lodewijk zich voor om zijn macht definitief te bevestigen, niettegenstaande paus Clemens VI in 1346 een nieuwe ban over hem uitsprak en een deel van de Duitse keurvorsten (onder invloed van paus Clemens VI) Karel, de markgraaf van Moravië en graaf van Luxemburg, tot tegenkeizer (als Karel IV) verkozen.

Lodewijk stierf op 11 oktober 1347 onverwachts door een ongelukkige val van zijn paard tijdens een berenjacht te Fürstenfeldbruck bij München.

Huwelijken en nakomelingen

[bewerken | brontekst bewerken]

Lodewijks eerste echtgenote was Beatrix van Silezië-Glogau (1292-1322); zij kregen de volgende kinderen:

Lodewijks tweede echtgenote was Margaretha (1310-1356), zuster van Willem IV van Holland (daardoor kwam na diens dood het graafschap Holland onder het gezag van de Beierse hertogen). Zij trouwden op 25 februari 1324 en kregen tien kinderen:

Voorouders van keizer Lodewijk de Beier
Overgrootouders Lodewijk de Kelheimer
(1173-1231)

Ludmilla van Bohemen
(-)
Hendrik V van Brunswijk
(1173-1227)

Agnes van Staufen
(-1248)
Albrecht IV van Habsburg
(1188-1239)

Heilwig van Kyburg
(1192-1260)
Burchard V van Hohenberg
(-)
∞ 1290
Mechtildis van Tübingen
(-)
Grootouders Otto II van Beieren
(1206-1253)
∞1222
Agnes van de Palts
(1201-1267)
Rudolf I (rooms-koning)
(1218-1291)
∞ 1245
Gertrude van Hohenberg
(1225-1281)
Ouders Lodewijk II van Beieren (1229–1294)
∞ 1273
Mathilde van Habsburg (1253-1304)
Keizer Lodewijk de Beier (1282-1347)
  • art. I. Keizers en koningen van Germanië - Lodewijk IV, in S. de Bruin, Historisch en Geographisch Woordenboek, II, Leiden, 1869, p. 399.
  • art. Lodewijk (Duitsche vorsten) - Lodewijk IV, in Algemeene Nederlandsche encyclopedie voor den beschaafden stand, IX, Zutphen - Leiden, 1867, p. 245.
Zie de categorie Louis IV, Holy Roman Emperor van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.