Kleivedermos
Kleivedermos | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Fissidens taxifolius Hedw. (1801) | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
Kleivedermos op Wikispecies | |||||||||||||
|
Het kleivedermos (Fissidens taxifolius) is een mossensoort uit het geslacht vedermos (Fissidens). Hij komt vooral voor in klei- en leemgebieden. De fraaie, veervormige mosplant groeit meestal in licht tot sterk beschaduwde, vochtige tot natte klei en leem in bossen, graslanden, tuinen, steilkanten en op met grond bedekte stenen, rotsen en boomvoeten. De soort kan echter ook op afwijkende plaatsen zoals in bloempotten en in kassen gevonden worden.
Kenmerken
[bewerken | brontekst bewerken]- Uiterlijke kenmerken
De tongvormige tot langwerpige lancetvormige bladeren zijn spits, hebben geen rand aan de bladrand (in tegenstelling tot andere Fissidens-soorten). De bladnerf loopt tot de bladtop en is licht uittredend. De stengel is 5 mm tot 3 cm lang. De langwerpige eivormige, ellipsvormig tot asymmetrisch gevormde sporenkapsels worden in de winter gevormd. Het sporogonium groeit vanaf de onderkant van de stengel. De seta wordt tot 1,5 cm lang.
- Microscopische kenmerken
De lamina-cellen zijn afgerond, zeshoekig en ongeveer 8–12 µm in diameter. De sporen zijn glad en geelachtig.
Verspreiding
[bewerken | brontekst bewerken]Het kleivedermos is wijd verspreid in de wereld. Het komt voor in Europa, Noord-Amerika, Midden-Amerika (Mexico, Caraïben), Zuid-Amerika (Brazilië, Chili), Nieuw-Zeeland en Azië (China, Japan). In Nederland komt hij vrij algemeen voor. Hij staat niet op de rode lijst en is niet bedreigd.
Foto's
[bewerken | brontekst bewerken]-
Bladeren
-
Bladpunt
-
Bladcellen aan de bladrand
-
Sporenkapsel
-
Sporenkapsel met sporen
-
Sporen