Interhalogeen
Interhalogenen zijn verbindingen van uitsluitend halogeenelementen. De algemene formule van de meeste interhalogenen is ABn, met n = 1, 3, 5 of 7. Hierbij is A het elektropositieve deel van de molecule.
Astaat en tennessine
[bewerken | brontekst bewerken]Verbindingen van astaat komen alleen in gespecialiseerde laboratoria voor en zij worden in de normale laboratoriumpraktijk niet gebruikt. Om deze reden wordt astaat in het standaard rijtje van de halogenen op de middelbare school meestal achterwege gelaten. Toch is astaat een lid van de halogenen en zijn er ook een aantal interhalogenen van beschreven die in onderstaande overzichten zijn vermeld.
Ook tennessine is volgens het periodiek systeem een halogeen. Evenals van astaat zijn er geen stabiele isotopen van bekend en de halveringstijd van de bekende isotopen ligt in de grootteorde van 10 ms, dus zijn verbindingen ervan niet bekend. Om deze reden is het niet opgenomen in onderstaande overzichten.
Reactiviteit
[bewerken | brontekst bewerken]Interhalogeenverbindingen zijn allemaal vrij vatbaar voor hydrolyse en ioniseren tot polyatomische anionen en kationen. Door hun covalente binding zijn de meeste interhalogenen vrij stabiel. Uitzonderingen zijn broommonofluoride (dissocieert), joodmonofluoride (disproportioneert) en joodtrifluoride (ontleedt boven −28°C).
De reden waarom jood een groot aantal atomen (tot zeven) rond zich kan binden, is - naast de grote atoomstraal waardoor de liganden voldoende ruimte hebben - dat jood gebruik kan maken van onbezette d-orbitalen.
Diatomische interhalogenen | Tetra-atomische interhalogenen | Hexa-atomische interhalogenen | Octa-atomische interhalogenen |
---|---|---|---|
|
|
|
|
F | F2 | ||||
---|---|---|---|---|---|
Cl | ClF ClF3 ClF5 |
Cl2 | |||
Br | BrF BrF3 BrF5 |
BrCl BrCl3 BrCl5 |
Br2 | ||
I | IF IF3 IF5 IF7 |
ICl ICl3 ICl5 ICl7[1] |
IBr IBr3 IBr5 |
I2 | |
At | AtBr[2] | AtI[2] | At2[3] | ||
F | Cl | Br | I | At |
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ Van deze verbinding is op het internet slechts 1 website te vinden: ICl7, waar alleen de molaire massa gemeld wordt. Gearchiveerd op 25 januari 2022.
- ↑ a b Van astaat zijn als interhalogeen alleen het bromide en het jodide op internet te vinden. De korte halfwaardetijd van het meest stabiele astaat-isotoop (8,5 uur) is hier vermoedelijk debet aan.
- ↑ Het bewijs voor het bestaan van At2 is tegenstrijdig en de wetenschappelijke discussie hierover is nog niet gesloten:
- J. Merinis, G. Legoux, G. Bouissières. (1972). Etude de la formation en phase gazeuse de composés interhalogénés d'astate par thermochromatographie (Studie naar de vorming van astaat-verbindingen in de gasfase via thermochromatografie) Radiochemical and Radioanalytical Letters. 11 (1): pag.: 59–64
- N. Takahashi, K. Otozai. The Mechanism of the Reaction of Elementary Astatine with Organic Solvents Journal of Radioanalytical and Nuclear Chemistry. 103 pag.: 1–9 Collective volume 1986 DOI:10.1007/BF02165358
- N. Takahashi, D. Yano, H. Baba. (1992). Chemical Behavior of Astatine Molecules Proceedings of the International Conference on Evolution in Beam Applications, Takasaki, Japan, 5–8 November 1991 pag.: 536–539 –
- Zuckerman, J. J.; Hagen, A. P. (1989). Inorganic Reactions and Methods, Volume 3, The Formation of Bonds to Halogens (Part 1), pag 21 . John Wiley & Sons. ISBN 978-0-471-18656-4.
- Kugler, H. K.; Keller, C. (1985). 'At, Astatine', System No. 8a. Gmelin Handbook of Inorganic and Organometallic Chemistry. Vol. 8 (8th ed.), pag. 110, 116, 210–211, 224. Springer-Verlag. ISBN 978-3-540-93516-2.