Frans Pietersz. de Grebber
Frans Pietersz de Grebber (Haarlem, 1573 - aldaar begraven op 6 maart 1649) was een Haarlemse schilder uit de Gouden Eeuw. Hij was in Haarlem tussen Cornelis Cornelisz. en Frans Hals de meest gewilde schilder van groepsportretten.[1]
Leven en carrière
[bewerken | brontekst bewerken]De Grebber werd geboren en stierf in Haarlem. Zijn vader was de metselaar Pieter Mourings de Grebber. Hij was een leerling van Jacob Savery. Volgens Van Mander was hij een goede schilder van landschappen en portretten, en ontwerper van wandtapijten.[2] Hij trouwde ca. 1599 met Hillegont van Lijnhoven, met wie hij tien kinderen kreeg: drie hiervan - Pieter, Maria en Albert - werden zelf ook schilder. Volgens Houbraken overtrof Pieter de Grebber zijn vader.[3]
De Grebber werd rond 1600 lid van de Haarlemse Sint-Lucasgilde en bleef tot aan zijn dood een belangrijke burger van Haarlem.[4] Naast zijn kinderen leerde hij het schildersvak aan Vincent Casteleyn, Peter Lely, Judith Leyster en Pieter Saenredam.[4]
Voor de Haarlemse rederijkerskamer Trouw Moet Blycken schilderde hij een blazoen naar een ontwerp van Hendrick Goltzius.[5]
- Frans Pietersz de Grebber op Artnet
- Frans Pietersz de Grebber. Ecartico. Url geraadpleegd op 15 maart 2024
- ↑ Riegl, A. (2000) The Group Portraiture of Holland. Getty Publications. p.215
- ↑ Frans Pietersz.Grobber in Karel van Manders Schilderboeck, 1604, met dank aan de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
- ↑ Frans Pietersz de Grebber in De Groote Schouburgh der Nederlantsche konstschilders en schilderessen (1718) van Arnold Houbraken, met dank aan de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
- ↑ a b Biografische gegevens bij het RKD-Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis
- ↑ Inventarisatie door Jhr.O. van Lennep beschikbaar op de Trou Moet Blycken website