Douwe Mout van der Meer
Douwe Mout van der Meer | ||
---|---|---|
Algemene informatie | ||
Land | Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden | |
Geboortedatum | 12 april 1705 | |
Overlijdensdatum | 1775 | |
Werk | ||
Beroep | showman, schipper | |
Persoonlijk | ||
Talen | Nederlands | |
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata. U kunt die informatie bewerken. |
Douwe Jansz Mout van der Meer (12 april 1705 - 1775[1]) was een Nederlands schipper voor de VOC. Hij werd beroemd door zijn neushoorn, waarmee hij in verscheidene Europese landen voorstellingen gaf. Keizer Frans I Stefan verhief hem ervoor tot de adelstand.
Afkomst en leven
[bewerken | brontekst bewerken]Douwe Jansz Mout werd geboren in een zeemansfamilie: zijn vader, grootvader en ooms van moederskant waren scheepskapiteins. Hijzelf maakte carrière op de grote vaart voor de VOC. In 1726 voer hij als derde stuurman op het schip Doornik naar Indie en keerde in 1731 op het schip Adrichem terug. In 1739 voer hij als opperstuurman op het schip Phoenix weer naar Indie.[2] In 1740 was hij op de terugreis gezagvoerder op de Knappenhof en op deze reis nam hij een neushoorn mee. Van 1742 tot 1744 voer hij als gezagvoerder op de Goidschalxoord tussen Nederland, India en de Molukken. In 1744 nam hij ontslag om samen met zijn neushoorn Clara door Europa te reizen.
Douwe Mout woonde aan het eind van zijn leven op de Nieuwendijk nabij de Mandenmakerssteeg te Amsterdam. Hij werd op 10 augustus 1775 begraven op het kerkhof van de Noorderkerk (Amsterdam). Hij had een zoon en dochter.[3] Zijn vrouw Elisabeth Snel overleed op 8 februari 1778.[4]
Clara
[bewerken | brontekst bewerken]Clara's moeder was bij de jacht neergeschoten en Clara was slechts één maand oud toen zij door de toenmalige directeur van de VOC-vestiging in Bengalen, Jan Albert Sichterman, in huis werd genomen. Toen Clara twee jaar oud was, gaf Sichterman haar aan Douwe Mout, omdat Clara te groot was geworden om bij hem in huis te wonen. Douwe Mout heeft Clara toen op de Knappenhof mee naar Nederland genomen. Aangemoedigd door het succes van zijn eerste voorstelling (eerst thuis in Leiden, daarna ook in Brussel en Hamburg)[5] liet hij een speciale wagen bouwen om Clara mee te vervoeren en ging op tournee. Van 1746 tot 1758 trok de groep door Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Italië en Oost-Europa. De tournee eindigde in Engeland, door de dood van Clara.
Neushoorngekte
[bewerken | brontekst bewerken]De voorstellingen die Douwe Mout met Clara gaf lokten mensen uit alle rangen van de sociale ladder, zelfs koningen wilden de kans om het vreemde dier te zien niet voorbij laten gaan. De toegangsprijzen waren daarom niet alleen verschillend naar zicht en nabijheid, maar ook naar de sociale rang van de toeschouwers. Het was de eerste keer dat men in Europa een levende neushoorn bekijken kon.
Het lukte Van der Meer keer op keer om het enthousiasme van zijn toeschouwers vast te houden en hij verdiende daarom veel geld. Hij zorgde voor aanplakbiljetten met illustraties en aankondigingen van de voorstellingen en voor de verkoop van Clara-memorabilia, zoals kettingen met een medaillon in brons, zilver of zink, en flessen gevuld met urine van Clara, aangezien men dacht dat deze geneeskrachtig was.
Clara werd een echte ster: diverse kunstenaars schilderden haar, waardoor ze alleen maar beroemder werd.
Wetenswaardigheden
[bewerken | brontekst bewerken]- Douwe Mout werd in 1744 voor 4500 gulden eigenaar van het voormalige meertje Wilmkebreek in het zuiden van Landsmeer in Waterland. Vanaf dat moment voegde Douwe Mout het suffix Van der Meer aan zijn naam toe. Hij verkocht het land in 1758 voor 1800 gulden.[6]
- Douwe Mout van der Meer diende in 1761 een voorstel in om de West-Indische Compagnie economisch in beter vaarwater te brengen, maar het werd in 1762 door de Heren X afgewezen.[7]
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]- Irene Verheij: Op reis met Clara. De geschiedenis van een bezienswaardige neushoorn. (expositiecatalogus) 1992
- (en) Glynis Ridley: Claras Grand Tour: Travels with a Rhinoceros in Eighteenth-Century Europe. New York, Atlantic Monthly Press, 2004
- ↑ Notariële archieven Stadsarchief Amsterdam. Gearchiveerd op 10 augustus 2022.
- ↑ VOC: Opvarenden. Nationaal Archief. Gearchiveerd op 31 oktober 2022.
- ↑ Ridley (2005): p. 189
- ↑ DTB Begraven Stadsarchief Amsterdam. Gearchiveerd op 10 augustus 2022.
- ↑ Er bestaat onduidelijkheid over de beginjaren van zijn reizen met Clara. Zowel het Nationaal Archief als de DAS-database meldt dat Douwe Mout in 1744 terugkwam in Nederland. Volgens het Lexikon der Hamburgischen Schriftsteller bis zur Gegenwart werd echter al in 1743 een neushoorn voor geld getoond, een jaar voordat Douwe Mout van der Meer terugkwam uit Indië. De folder van Clara in Hamburg vertoont echter wel het jaar 1744.
- ↑ Heubers, H. (1999) De Wilmkebreek, een groen geschiedenisboekje
- ↑ Nationaal Archief, Den Haag, Verspreide Westindische Stukken, 1614-1795, nummer toegang 1.05.06, inventarisnummer 1005: Project om de Nederlandsche Geoctroyeerde West-Indische Compagnie in een goede en florissante staat te brengen