Naar inhoud springen

Class-action

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Een class action, in het Nederlands een representatieve actie of groepsvordering genoemd, is een vorm van rechtszaak waarin een grote groep mensen collectief een vordering bij de rechter brengt of waarin een bepaalde klasse verdachten vervolgd wordt. Deze vorm van een collectieve rechtszaak is ontstaan in de Verenigde Staten en is nog steeds voornamelijk een Amerikaans fenomeen. Echter, verschillende Europese landen met continentaal recht, te onderscheiden van het Engelse 'common law-beginsel', hebben rond 2005-2010 heel wat wetswijzigingen gekend waardoor consumentenorganisaties vorderingen voor grote groepen in één rechtszaak kunnen behandelen.

In het Nederlands wordt de term groepsvordering gebruikt, maar hoewel de termen qua vertaling dicht tegen elkaar aanleunen, zijn er inhoudelijk grote verschillen met de class action in de Verenigde Staten. Dat komt vooral doordat het strafrecht in België en Nederland een inquisitoir karakter heeft, waarbij ook de officier van justitie tracht de waarheid te achterhalen, terwijl het Engels en Amerikaans strafrecht eerder accusatoir van aard is.

Oorsprong in de Amerikaanse Federale Class Action Fairness Act

[bewerken | brontekst bewerken]

De class-action lawsuit is niet toevallig een Amerikaanse uitvinding. Van oudsher hechten de Verenigde Staten meer waarde aan privé-initiatieven van de gewone burger. Dat geldt ook voor de handhaving van de wet. Rule 23 van de 'Federal Rules of Civil Procedure' en 28 U.S.C.A. § 1332(d) geeft de Federale Rechtbanken in de Verenigde Staten jurisdictie over class actions. Class action-rechtszaken kunnen worden ingesteld in de Federale Rechtbank, indien de vordering ontstaat onder de Federale Wetgeving, of indien de vordering valt onder 28 USCA § 1332(d). Krachtens § 1332(d)(2) hebben de Federale Rechtbanken jurisdictie over burgerlijke vorderingen.

De procedure voor het indienen van een class action bestaat uit het opmaken van een dossier met één of meerdere genoemde eisers van een gelijkgezinde vooropgestelde groep. Deze moet bestaan uit een groep van personen of bedrijven die gemeenschappelijk gelijkgestemde schade of letsel hebben opgelopen. Meestal zijn deze gevallen het gevolg van een daad van een bedrijf, of van een bepaald product-defect, of van een beleid waardoor de groep universeel schade lijdt. Nadat de klacht is ingediend, moet de eiser dit laten certificeren in het bestand van class actions.

De rechtsprocedure voor een class action moet voldoen aan bepaalde en duidelijke kenmerken:

  1. de class action moet zo groot zijn dat de individuele aanpak onpraktisch is.
  2. juridische of feitelijke vorderingen gemeen hebben.
  3. de vorderingen of verdedigingen moeten verband houden met dat van de eisers of verdachten.
  4. de representatieve partijen moeten de belangen van de eisers voldoende kunnen beschermen.
    Vaak worden deze 4 voorwaarden samengevat onder kwantitatief, collectief, karakteristiek, adequaat.

In veel gevallen moet de partij die de class action indient ook aantonen dat:

  1. de gemeenschappelijke belangen tussen de eisers en de verdediging de procedure zal overheersen; dit in tegenstelling tot individuele feit-specifieke conflicten tussen individuele eisers en de verdediging.
  2. in plaats van een afzonderlijke/individuele rechtszaak, de class action beter geschikt is voor het oplossen van het geschil.

Praktisch gebruik

[bewerken | brontekst bewerken]

Sinds 1938 hebben veel Amerikaanse staten de wetten analoog met de FRCP-regels aangenomen. Sommige staten, zoals Californië, hebben burgerlijke procedures in hun rechtssysteem die aanzienlijk afwijken van de Federale Regels. De "California Codes" voorzien in vier typen class action. Het gevolg hiervan is twee aparte procedures die specifiek gewijd zijn aan het nogal gecompliceerde onderwerp van Californiës class actions. Sommige staten, zoals Virginia, kennen geen class action, terwijl andere staten, zoals New York, het soort vorderingen beperken die met een class action kunnen worden ingesteld.

De invoering van de Class Action Fairness Act van 2005 werd goedgekeurd door het Congres van de Verenigde Staten, dat de volgende uitspraak deed:

Class action zijn rechtszaken die een belangrijk en waardevol onderdeel van het rechtssysteem/samenleving zijn, wanneer zij de eerlijke en efficiënte oplossing van legitieme aanspraken van talrijke partijen mogelijk maakt doordat de vorderingen worden samengevoegd in één enkele actie tegen een gedaagde die naar verluidt schade heeft toegebracht.

Class actions in verschillende landen

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Canada: Tot op heden heeft de grootste class action-rechtszaak in Canada (2005) plaatsgevonden toen Nora Bernard het initiatief nam om door middel van een class action een rechtszaak tegen de Canadese regering aan te spannen. De overlevenden van dit Canadian residential school system, naar schatting 79.000 Canadezen, handelden in eensgezindheid in deze class action.
  • Nederland: In het Nederlands recht bestaat niet de mogelijkheid om via collectieve procedures schadevergoeding te bedingen.[1] De juridische Nederlandse term ‘strooischade’ mag niet met de originele formule van class action vergeleken worden. Class action is het vermogen om door collectieve gerechtelijke stappen machtige tegenstanders gezamenlijk aan te pakken. Kern van de class-action lawsuit is dat een rechter, ten behoeve van de efficiëntie, de uitkomst van de procedure van één eiser van toepassing kan verklaren op alle eisers die zich met een vergelijkbare vordering kunnen melden. Als de groep vergelijkbare eisers nauwkeurig kan worden omschreven, dan zal de rechter hen ‘certificeren’. Bijvoorbeeld: een gecertificeerde ‘class’ kan bestaan uit tienduizenden investeerders die in een zekere periode aandelen van een bepaalde firma hebben gekocht. Leden van een gecertificeerde ‘class’ moeten hun vinger opsteken wanneer ze níet mee willen procederen. Na een waarschuwing, bijvoorbeeld in een advertentie, hebben ze tijd voor een ‘opt-out’. Daarna zijn ze gebonden aan de uitkomst. Deze inperking van individuele juridische vrijheid wordt gelegitimeerd met streng rechterlijk toezicht. De rechter bepaalt of de hoofdeiser representatief is voor de gehele groep, en kiest de advocaat die de groep het best lijkt te kunnen representeren. Het toezicht van de rechter strekt zich ook uit tot een eventuele schikking: hij beoordeelt of de schikking het belang van alle gedupeerden in de groep dient. Zelfs de hoogte van de beloning van de advocaat, betaald uit de schadevergoeding, wordt door de rechter vastgesteld. De oplossing zou kunnen liggen in wat in de Verenigde Staten bekendstaat als de damages class-action suit: de mogelijkheid om, onder rechterlijke begeleiding, de kleine vorderingen van tienduizenden vergelijkbare maar anonieme slachtoffers te bundelen tot een miljoenen/miljardenvordering.
  • België: In het Belgisch rechtssysteem werd de term groepsvordering voor het eerst echt veelvuldig gebruikt naar aanleiding van de onderzoeken naar seksueel misbruik in de Operatie Kelk. In het Amerikaans rechtssysteem kan, door de accusatoire procesvoering, een bedrijf een sanctie opgelegd krijgen, bijvoorbeeld een miljoenenboete. Dat kan een groep slachtoffers een groot voordeel opleveren. Zulke zaken zijn in België niet van toepassing, omdat ter besluit van een Belgisch strafproces doorgaans een sanctie wordt uitgesproken, bijvoorbeeld een gevangenisstraf of geldboete, zonder dat de tegenpartij daar winst uit haalt. Het Belgisch privaatrecht of burgerlijk kent geen punitieve functie zoals in de VS. Een ander voorbeeld van een groepsvordering is een eis van Test-Aankoop tegen de supermarkten. In juli 2013 kondigde minister van Economie Johan Vande Lanotte aan dat consumenten in de toekomst samen naar de rechter kunnen stappen via een erkende consumentenorganisatie.[2] De nieuwe wet is van kracht sedert 1 september 2014, en spreekt van een rechtsvordering tot collectief herstel.[3][4] Om Amerikaanse toestanden[5] te vermijden, kunnen rechtsvorderingen enkel ingesteld worden door groepsvertegenwoordigers (in de praktijk met name – maar niet uitsluitend - consumentenorganisaties), en alleen bij de Rechtbank van eerste aanleg en het Hof van beroep (België) te Brussel. Er kan wel een opt-out-formule toegepast worden.[3] Sinds 2018 kan het Netwerk tegen Armoede, dat een zestigtal Vlaamse en Brusselse armoedeverenigingen vertegenwoordigt, een groepsvordering instellen in naam van een groep gedupeerde armen.
  • Oostenrijk
  • Frankrijk
  • Duitsland
  • Italië: Italië heeft nu een class action-wetgeving.[6]
  • India
  • Spanje
  • Zwitserland