Naar inhoud springen

Bovengrens en ondergrens

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Bovengrens)

In de wiskunde is een bovengrens of majorant van een deelverzameling van een partieel geordende verzameling een element waarvoor geldt dat voor alle . Als er een bovengrens is van , heet een naar boven begrensde deelverzameling van .

Op analoge wijze is een ondergrens of minorant van gedefinieerd als een element waarvoor geldt dat voor alle . Als er een ondergrens is van , heet een naar onder begrensde deelverzameling van .

In de analyse geldt eveneens dat een bovengrens van een functie een getal is, waarvoor geldt dat voor alle . Ook hier geldt het analoge voor de ondergrens: voor alle .

Een functie met een bovengrens heet ook naar boven begrensd. Een functie met een ondergrens heet naar onder begrensd. Een begrensde functie heeft zowel een ondergrens als een bovengrens.

Verwante begrippen

[bewerken | brontekst bewerken]

Maximum en minimum

[bewerken | brontekst bewerken]

Indien er voor een deelverzameling van een partieel geordende verzameling een element bestaat zodanig dat voor alle , dan heet het maximum van . Het maximum dient dus een bovengrens van te zijn en tevens tot te behoren. Men noteert: .

Analoog is een minimum van , indien voor alle geldt dat . Hier is dus een ondergrens die tot de verzameling behoort. Men noteert: .

Supremum en infimum

[bewerken | brontekst bewerken]

De kleinste bovengrens van , als deze bestaat, wordt het supremum van genoemd. In feite is het supremum van het minimum van de majoranten van :

Analoog wordt de grootste ondergrens van , als deze bestaat, het infimum van genoemd. Het infimum van is het maximum van de minoranten van :

Eigenschappen

[bewerken | brontekst bewerken]

Laat een deelverzameling zijn van een partieel geordende verzameling .

  • Als bestaat, is dit maximum gelijk aan .
  • Als bestaat, is dit minimum gelijk aan .
  • Als niet naar boven begrensd is, zegt men wel dat .
  • Als niet naar onder begrensd is, zegt men wel dat .
  • Neem de deelverzameling van ; dan is bijvoorbeeld 12 een bovengrens van , aangezien voor ieder getal geldt dat . Overigens is 9 het supremum en tevens het maximum.
  • Beschouw de volgende deelverzamelingen van de reële getallen .
1 1 0 0
- 1 - 0
- -
1 1 - 0
  • Neem de functie . Elke is een bovengrens van . De functie heeft geen minimum, maar wel is .