Bloemformule
Een bloemformule is een notatiemethode om de opbouw van een bloem weer te geven met behulp van letters, getallen en symbolen. In een kortschrift wordt de wezenlijke informatie gegeven over de bouw van een bloem.
Een bloemdiagram is een schetsmatige tekening van de projectie van een bloem op een vlak loodrecht op de as van de bloem gericht. Het vormt een soort plattegrond, met het doel een overzicht te geven van de bouw van een bloem.[1]
Een bloemformule probeert de volgende zaken weer te geven: bloemsymmetrie, de aantallen onderdelen, hun onderlinge betrekkingen (zoals hun plaatsing en vergroeiing) en de situering van de vruchtbladen.
Systeem
[bewerken | brontekst bewerken]Er is een grote variatie in systemen om de bouw van een bloem in een bloemformule weer te geven. Een bloemformule en een bloemdiagram kunnen elkaar aanvullen. De algemene formule wordt gebruikt om de opbouw van een bloem van een plant (soort, geslacht of familie) aan te geven.
Schema samenstelling van een bloemformule | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
volgorde | symbool voor: |
waarde | symbool | opmerkingen en voorbeelden | ||
alt. 1[2] | alt. 2 | alt. 3 | ||||
1 | bloem- symmetrie |
actinomorf | * | × | (het symbool voor symmetrie wordt soms achter het teken voor het onderdeel gezet, waar het specifiek betrekking op heeft; bijvoorbeeld: CoZ of C↓ voor een zygomorfe kroon) | |
zygomorf | ↓ | Z | † | |||
asymmetrisch | % | $ | ||||
extra1 | geslachts- verdeling |
mannelijk | ♂ | (deze aanduiding wordt vaak weggelaten, want het blijkt ook uit de aanwezigheid van een androecium en/of een gynoecium) | ||
vrouwelijk | ♀ | |||||
tweeslachtig | ⚥ | |||||
2 | kelk | Kalyx Calyx |
Kn | Kn | Can, CAn |
K(4-5): kelk met 4 of 5 vergroeide kelkbladen (sepalen) Ca(4-5): kelk met 4 of 5 vergroeide kelkbladen |
3 | kroon | Corolla Corolla |
Cn | Cn | Con, COn |
C3 3=C3 3: kroon met twee kransen van 3 kroonbladen (petalen) Co6: kroon met 6 kroonbladen |
2 3 | bloemdek | Perigoon met Tepalen |
Pn | Tn | CaCon, CACOn |
P3=T3=CaCo3: bloemdek met 3 bloemdekbladen (tepalen) CaCo6: bloemdek met 6 bloemdekbladen |
4 | meeldraden | Androecium | An | An | An | A(9) 1=A(9) 1: negen vergroeide meeldraden en 1 losse A∞=A∞: veel meeldraden (>12) |
5 | vrucht- beginsel |
Gynoecium | Gn | Gn | Gn | G(4): vruchtbeginsel met 4 vergroeide bovenstandige vruchtbladen (carpellen). Soms wordt de G onderstreept: G(4) |
extra2 | vruchttype (fructus) | — | (dit gegeven wordt soms toegevoegd) | |||
verklaring:
|
Daarnaast worden nog verscheidene andere symbolen gebruikt, zoals voor vergroeiing van onderdelen, inplanting van de bloemdelen, steriliteit van meeldraden of vruchtbladen, de bloemboden en stamper.
- Vergroeiing
- Als gelijksoortige bloemdelen met elkaar vergroeid zijn wordt dit aangegeven met ( ).
Wanneer het niet-gelijksoortige vergroeide bloemdelen betreft, wordt dit aangegeven met [ ] of met { }.
- Inplanting
- De inplanting van de bloemdelen kan spiraalsgewijs (symbool ) , actinomorf (symbool ×) of zygomorf (symbool %, ↓ of †) zijn.
- Steriliteit
- Bij steriele meeldraden of vruchtbladen wordt dit aangegeven met een punt achter het aantal.
Voorbeeld: A5 5· voor een dubbele krans van meeldraden waarvan de binnenste krans onvruchtbaar is.
Symbolen voor de stamper G: | |
vergroeid: | (G) |
bovenstandig: | G |
tussenstandig: | G |
onderstandig: | G |
- Bloembodem en stamper
Met een zwarte streep, bijvoorbeeld onder de formule, kan de bloembodem (receptaculum) worden aangegeven.
Ook is het mogelijk de streep alleen boven de G (gynoecium) te zetten (G) of boven het getal voor het aantal vruchtbladen, bijvoorbeeld G(4).
Voorbeelden bloemformules
[bewerken | brontekst bewerken]Eventueel wordt het vruchttype nog toegevoegd.
Voorbeeldvarianten voor Madeliefje (Bellis perennis):
- * K 0 of pappus C (5) [A (5) G (2)] Nootje
- * K 0 of pappus C(5) [A(5) G(2)] Nootje
- * Ca 0 of pappus Co (5) [A (5) G (2)] Nootje
Voorbeeld voor de Viooltjesfamilie (Violaceae)
- ↑ K5 C5 A5 G(3): bloem zygomorf, kelk met 5 sepalen, kroon met 5 petalen, 5 meeldraden, stamper bestaat uit 3 vergroeide vruchtbladen
- Ca5 CoZ5 A5 G(3): kelk met 5 sepalen, zygomorfe kroon met 5 petalen, 5 meeldraden, stamper bestaat uit 3 vergroeide vruchtbladen
- ↓, 5, 5, 5, (3). Hier zijn de letters weggelaten en moeten daarom alle 5 posities ingevuld worden (met uitzondering als er een bloemdek is, bijvoorbeeld -5-, met extra streepjes, voor 5 tepalen).
Andere voorbeelden volgens Strasburger:
- Vetkruid (Sedum): * K5 C5 A5 5 G5
- Sneeuwklokje (Galanthus): * P3 3 A3 3 G(3)
- Dovenetel (Lamium): ↓ K(5) [C(5) A4] G(2)
- Boterbloem (Ranunculus): * K5 C5 A∞ G∞
Bloemdiagram
[bewerken | brontekst bewerken]Bloemformule van de tulp: * K3 C3 A6 G(3) of K3 C3 A6 G(3) of * Ca3 Co3 A6 G(3) |
Het bloemdiagram is een schematische voorstelling van een dwarsdoorsnede van een bloem. De dwarsdoorsnede gaat door het meest kenmerkende deel van de bloemdelen.
De onderdelen van de bloem worden in hun onderlinge verband weergegeven, eventueel aangevuld met details van de vormen. Sterk vergroeide bloemdelen worden met een doorgetrokken boogje en zwak vergroeide met een gestippeld boogje aangegeven.
- ↑ Lanjouw, J. e.a. (1968) Compendium van de Pteridophyta en Spermatophyta (Voortzetting van Pulle's compendium) Academische Paperback. A. Oosthoek's uitgeversmaatschappij N.V., Utrecht
- ↑ Strasburger: Harder R. e.a. (1962) Lehrbuch der Botanik für Hochschulen 28. Auflage. Gustav Fischer Verlag, Stuttgart
Externe links