Naar inhoud springen

Avalonnectes

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Avalonnectes arturi)

Avalonnectes is een geslacht van de Plesiosauria dat tijdens de vroege Jura leefde in het gebied van het huidige Engeland. De enige benoemde soort is Avalonnectes arturi.

In een steengroeve bij Street in Somerset werden in de negentiende eeuw vijfentwintig skeletten van kleine plesiosauriërs gevonden. Die werden grotendeels toegewezen aan Thalassiodracon hawkinsii. In de eenentwintigste eeuw werd onderkend dat daarmee geen recht gedaan werd aan een grotere variatie aan soorten. Drie nieuwe soorten werden benoemd, waaronder Eoplesiosaurus en Stratesaurus.

Het holotype is het kleine skelet links op de onderste rij van het rechterdeel van de wand

In 2012 werd de typesoort Avalonnectes arturi benoemd en beschreven door Roger Bjarnason John Benson, Mark Evans en Patrick Scott Druckenmiller. De geslachtsnaam verbindt een verwijzing naar het mythische Avalon, dat vaak gelijkgesteld wordt aan het nabij Street gelegen Glastonbury, met het Grieks nektes, "zwemmer". De soortaanduiding verwijst zowel naar Koning Arthur, die volgens de legende in Avalon begraven zou zijn, als naar Arthur Cruickshank, die in de jaren negentig de studie naar Jurassische Britse plesiosauriërs deed herleven. De Life Science Identifiers zijn 027222CA-DA5A-4F63-B59F-63A47567CD93 voor het geslacht en 27A8C8C1-5F02-461E-9778-2DB9E2645061 voor de soort.

Het holotype

Het holotype, NHMUK 14550, is vermoedelijk gevonden in een laag van de Blue Lias die dateert uit het vroegste Hettangien, ongeveer 199 miljoen jaar oud. Het is daarmee een van de oudste plesiosauriërs die bekend zijn. Het bestaat uit een grotendeels in anatomisch verband liggend skelet met schedel. De schedel, waarvan alleen het achterdeel bewaard is gebleven, wordt tegenwoordig apart bewaard en lag vermoedelijk oorspronkelijk aan de basis van de staart. De onderzijde is nog in was ingebed zodat alleen het bovenvlak bestudeerd kan worden. Beide voorvinnen ontbreken alsmede de rechterschoudergordel en het linkeronderbeen. Het stuk is door het British Museum verworven samen met andere delen van de collectie van de excentrieke verzamelaar Thomas Hawkins die het zelf ook weer gekocht had, maar niet volledig liet restaureren zoals hij vaak met andere vondsten had gedaan. Het exemplaar is daarmee des te authentieker gebleven, maar ook wat onooglijk.

Een ander specimen is toegewezen. In de beheerde erfboedel van de verzamelaar Alfred Gillett te Street, de Alfred Gillett Trust, is een postcraniaal skelet aanwezig, dus zonder schedel. Het heeft geen inventarisnummer.

Avalonnectes is ruim twee meter lang. De romplengte is 735 millimeter.

Er is één autapomorfie, unieke afgeleide eigenschap, aangegeven. Het aantal ruggenwervels bedraagt het lage aantal van achttien à negentien.

De achterste takken van de praemaxillae reiken tot bijna de achterkant van de oogkas, maar raken de wandbeenderen niet. De onderste achterste tak van het postorbitale is lang, twee derden van de beenbalk van het slaapvenster beslaand, een basaal kenmerk. De beennaad met het postfrontale dringt het postorbitale grotendeels uit de rand van de oogkas. De wandbeenderen vormen een lage middenkam die vooraan doorboord wordt door een ovaal foreman pineale. De wandbeenderen verbreden zich achteraan abrupt tot een T-vormige structuur, een basaal kenmerk. Op het squamosum ligt een lage bult.

Avalonnectes heeft naar schatting zesentwintig tot achtentwintig halswervels, minder dan de eenendertig bij Thalassiodracon. Er zijn per zijde twee facetten voor de nekribben, gescheiden door een smalle horizontale groeve. De beennaden tussen het wervellichaam en de wervelboog zijn V-vormig in zijaanzicht, duidelijk afwijkend van de afgeronde vorm bij Eoplesiosaurus. De doornuitsteeksels van de achterste halswervels zijn lang, 40% hoger dan hun wervellichamen. Het holotype heeft achttien ruggenwervels en het toegewezen specimen negentien. Thallasiodracon heeft er tweeëntwintig. De doornuitsteeksels van de rug zijn om en om overdwars dunner en dikker, een eigenaardigheid die meer plesiosauriërs tonen. Er zijn vier sacrale wervels met korte robuuste ribben. De ondervlakken van de middelste staartwervels zijn plat. Hun chevronfacetten staan ver uit elkaar. Het facet voor het zijuitsteeksel overlapt het wervellichaam.

Het schouderblad is proximaal verbreed. Het mist een knik naar achter die Thalassiodracon wel bezit. Distaal heeft het schouderblad geen neergaande tak. Het darmbeen is recht in zijaanzicht met een horizontale verbreding, een basaal kenmerk. Op de binnenzijde bevindt zich een diepe groeve die aan de voorzijde begrensd wordt door een opvallende richel overdwars. Het dijbeen is recht. Het scheenbeen is iets langer dan het kuitbeen.

Avalonnectes werd basaal in de Rhomaleosauridae geplaatst.

Plesiosauria 
 Neoplesiosauria 

Pliosauridae



Plesiosauroidea



 Rhomaleosauridae 

Stratesaurus taylori




Macroplata tenuiceps




Avalonnectes arturi




Eurycleidus arcuatus




Meyerasaurus victor




Maresaurus coccai




Atychodracon megacephalus




Archaeonectrus rostratus




Rhomaleosaurus cramptoni




Rhomaleosaurus thorntoni



Rhomaleosaurus zetlandicus













  • Roger B.J. Benson; Mark Evans & Patrick S. Druckenmiller. 2012. "High Diversity, Low Disparity and Small Body Size in Plesiosaurs (Reptilia, Sauropterygia) from the Triassic–Jurassic Boundary". PLOS ONE. 7(3): e31838. DOI:10.1371/journal.pone.0031838.