De seizoensstart zag Henri Toivonen zijn succes in Groot-Brittannië het jaar ervoor evenaren met een tweede opeenvolgende overwinning voor hem en de Lancia Delta S4; een zege die opnieuw niet zonder de nodige tegenslagen en strijd de zijne werd, maar die hem dit keer door zijn prestaties wel deed verheven tot een potentieel wereldkampioen. De Lancia's bezette de top drie in de openingsfase, met Toivonen die aan het begin van de derde etappe een relatief kleine marge had opgebouwd op zijn teamgenoten Markku Alén en Miki Biasion. Na wat hinder door een verkeerde bandenkeuze, maakte Audi's Walter Röhrl met een paar scherpe tijden een sprong naar voren tot Toivonen's naaste belager, maar op de lange proef bij Burzet die de derde competitieve dag opende was een lekke band, gepaard met zijn enige reservewiel aan boord welke totaal niet geschikt bleek te zijn voor het type ondergrond, een verdere aderlating voor Röhrl's kansen op een vijfde zege in het evenement. Kort daarna leek Toivonen's voortzetting in de rally in gevaar te komen toen er op de verbindingsroute een passerende personenauto op hem botste. De beduidende schade aan zijn Delta S4 zou echter ter plaatse door de Lancia-monteurs worden hersteld en hoewel de klap het rijgedrag ervan had beïnvloed, kon Toivonen zijn weg zonder veel tijdverlies vervolgen. Inmiddels was het regerend wereldkampioen Timo Salonen, als enige Peugeot-rijder die bespaard bleef van grote problemen, degene die langzamerhand richting de kop van het klassement kroop. Echter een door Toivonen gewaagde bandenwissel op de Saint-Jean-en-Royans proef, waarvan de eerste helft uit droog asfalt bestond en de tweede bedekt was met sneeuw, pakte door een overtuigende teamprestatie goed uit. Hoe dan ook werd er in de navolgende proeven stukje bij beetje terrein ingeleverd op Salonen en toen een tweede bandenstop door Toivonen minder effectief bleek nam Salonen tegen het einde van de voorlaatste etappe de leiding van hem over. De rusthalte tot aan de start van de slotetappe besteedde Toivonen vervolgens nuttig met een verkenningstocht per helikopter over een aantal van de resterende proeven. Hoewel het profijt hiervan niet gelijk werd bewezen, koos Toivonen voor de volledig droge Saint-Sauveur proef precies de goede banden, terwijl Salonen daar anticipeerde op een nat parcours, en hij zodoende de koppositie weer inlijfde. Toivonen zou zijn voorsprong tot aan het einde van de rally uitbouwen op Salonen, die zich genoegen stelde met een tweede plaats, terwijl het podium daarachter door Hannu Mikkola op plaats drie volledig Fins werd gekleurd; de oudgediende die met een consistent optreden teamgenoot Röhrl als vierde nog wist voor te blijven. Juha Kankkunen in zijn eerste optreden voor Peugeot ronde de top vijf af.