Na het puntenverlies in Zweden, herpakte Sébastien Ogier zich en greep met relatieve overmacht naar zijn tweede zege van het seizoen toe, waarmee hij opnieuw de leiding in het kampioenschap nam. Mads Østberg voerde door een sterk optreden tijdens de openingsetappe het klassement aan, maar brak zijn ophanging bij de start van etappe twee en zou veel tijdsverlies incasseren, dit terwijl teamgenoot Kris Meeke meer terminale schade opliep met een verloren wiel. Ogier was Østberg op dit moment al voorbij en zag uiteindelijk teamgenoot Jari-Matti Latvala achter hem als tweede eindigen. De top drie werd compleet gemaakt door Thierry Neuville, die dit keer met zijn nieuwe Hyundai geen problemen ondervond en, deels geholpen door de malaise van anderen, maar met een niettemin consistent optreden hiermee een bemoedigend resultaat boekte.