Kabinet-Rhuggenaath


Het kabinet-Rhuggenaath was een Curaçaos kabinet. Het was een coalitie van de Partido Alternativa Real (PAR), de Partido MAN (MAN) en de Partido Inovashon Nashonal (PIN).

Kabinet-Rhuggenaath
Kabinet in Curaçao Vlag van Curaçao
Premier Eugene Rhuggenaath
Partij(en) PAR, MAN, PIN
Start 29 mei 2017
Demissionair 18 maart 2021
Eind 14 juni 2021
Voorganger kabinet-Pisas I
Opvolger Kabinet-Pisas II
Staatshoofd Willem-Alexander der Nederlanden
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Cariben
Politiek in Curaçao
Coat of arms of Curaçao.svg

Politiek van Curaçao

Het kabinet stond onder leiding van minister-president Eugene Rhuggenaath en werd beëdigd op 29 mei 2017[1] door de gouverneur van Curaçao, als opvolger van het kabinet-Pisas I. De totstandkoming van het kabinet heeft 1 maand geduurd. Op 18 maart 2021, een dag vooraf aan de statenverkiezingen, diende het kabinet haar ontslag in en werd hiermee het eerste Curaçaose kabinet sinds 10 oktober 2010 dat een volledige termijn heeft uitgezeten.[2] In de loop van haar termijn zag het kabinet zich geconfronteerd met verschillende crises: de vluchtelingenstroom uit Venezuela, de dreigende sluiting van de olieraffinaderij en de coronapandemie.

Steven Martina

bewerken

Op 21 februari 2019 werd bekend dat Steven Martina opstapte als minister van Economische Ontwikkeling. Hij deed dit omdat het OM een onderzoek gestart was naar zijn zakelijke belangen. Martina zou persoonlijk profijt kunnen hebben gehad van een beslissing over het aanpassen van de wettelijke aansprakelijkheidsverzekering voor auto's. Hij was namelijk voormalig bestuursvoorzitter en thans nog aandeelhouder van een verzekeringsmaatschappij. Martina ontkende dat hij strafbaar had gehandeld, maar stapte toch op om het onderzoek niet in de weg te zitten.[3] Nadat het OM in mei overging tot het voorwaardelijk seponeren van de aangifte op grond van de Landsverordening integriteit (kandidaat-)ministers, ging de indiener van de aangifte, oppositiepartij KdNT, in bezwaar tegen het besluit tot niet-vervolging. Tot aan de beëdiging op 27 augustus 2019 van Giselle Mc William werd de ministerspost waargenomen door Kenneth Gijsbertha.[4][5] Na een eerder genomen OM-besluit om hem niet te vervolgen keerde Martina op 22 mei 2020 terug als minister.[6]

Overzicht verdeling ministersposten

bewerken
Ministerie Minister Periode Partij Opmerkingen
Minister-President Eugene Rhuggenaath 29 mei 2017 - 14 juni 2021 PAR Tevens minister van Algemene Zaken
Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur Suzy Camelia-Römer 29 mei 2017 - 24 juli 2020 PIN Tevens vice-premier
Zita Jesus-Leito (interim)
Minister van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport Marilyn Alcalá-Wallé 29 mei 2017 - 27 januari 2020 PAR
Eugene Rhuggenaath (interim)
Steven Croes 30 november 2020 - 14 juni 2021 PAR
Minister van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn Hensley Koeiman 29 mei 2017 - 14 juni 2021 Partido MAN
Minister van Justitie Quincy Girigorie 29 mei 2017 - 14 juni 2021 PAR
Minister van Bestuur, Planning en Dienstverlening Armin Konket 29 mei 2017 - 14 juni 2021 Partido MAN
Minister van Financiën Kenneth Gijsbertha 29 mei 2017 - 14 juni 2021 Partido MAN
Minister van Verkeer, Transport en Ruimtelijke Planning Zita Jesus-Leito 2 juni 2017 - 14 juni 2021 PAR Later beëdigd door buitenlandse reis
Minister van Economische Ontwikkeling Steven Martina 2 juni 2017-21 februari 2019 en 22 mei 2020-14 juni 2021 Partido MAN In eerste periode later beëdigd door buitenlandse reis.
Vanaf juli 2020 tevens vice-premier
Kenneth Gijsbertha (interim) Partido MAN
Giselle
Mc William
27 augustus 2019-22 mei 2020 Partido MAN

Gevolmachtigd ministers

bewerken
Functie Benoemd Periode Partij Opmerkingen
Gevolmachtigd minister in Den Haag Anthony Begina 29 mei 2017 - 14 juni 2021 PAR tevens rijksminister met eigen kabinet
Plv. Gevolmachtigd minister in Den Haag Eunice Eisden 29 mei 2017 - 14 juni 2021 Partido MAN
Gevolmachtigd minister in Washington D.C. Xavier Prens[7] 29 mei 2017 - 2020 zetelt op de Nederlandse ambassade