dieronterend

Dutch

FWOTD – 3 May 2018

Etymology

Pregnant pigs confined to gestation crates in New Zealand.

From dier (“animal”) ‎ onterend (“dishonouring, defiling, violating, degrading”), modeled after the older mensonterend.

Pronunciation

• IPA^(key): /ˈdiːrɔntˌeːrənt/
• Hyphenation: dier‧ont‧e‧rend

Adjective

dieronterend (not comparable)

1. Violating the dignity of animals; extremely degrading to animals

   Leefomstandigheden in veel Nederlandse varkensstallen zijn ronduit dieronterend.

   Living conditions in many Dutch pig pens are downright degrading to animals.

   • 1990, in Vogels 55, periodical of the Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Vogels, p. 45:

     De manier waarop vanuit dit land wilde vogels op transport worden gesteld is wel zeer dieronterend.

     The manner in which wild birds are transported out of this country very much violates the animals' dignity.

   • 2008, A.C.M. Geffen, Oprispingen & de lat: gebundelde columns, page 63:

     Casteren is ook de normaalste zaak van de wereld geworden. Schande vind ik het. Dieronterend. Ook bij het voortbestaan van dierentuinen heb ik mijn vraagtekens.

     Castration has also become the most natural thing in the world. It's a disgrace. Degrading to animals. I also find the continued existence of zoos to be questionable.

   • 2011, Marian Mudder, chapter 6, in De perfecte minnares:

     Het is een van de meest vervuilende industrieën in de breedste zin van het woord en bovenal mens- en dieronterend.

     It's one of the most polluting industries in the broadest sense of the word and above all degrading to people and to animals.

Declension

Declension of dieronterend
uninflected	dieronterend
inflected	dieronterende
comparative	—
		positive
predicative/adverbial		dieronterend
indefinite	m./f. sing.	dieronterende
	n. sing.	dieronterend
	plural	dieronterende
definite		dieronterende
partitive		dieronterends

Related terms

• mensonterend