Babylonisch
Babylonisch is volgens de theorie van dr. L. L. Stamelhof de oudste natuurlijke taal waarin ooit teksten zijn geschreven en de officiële taal van Babylonië. Hij baseert zijn theorie op de Bijbel en ontdekte naar eigen zeggen de taal per toeval in 1987 tijdens een familiebezoek in Israël. Momenteel spreekt één persoon deze taal, namelijk Stamelhof. Aangezien de theorie over Babylonisch is gebaseerd op een Bijbelverhaal zijn velen sceptisch over Stamelhofs vondst. Zij denken dat hij de taal verzonnen heeft om eeuwige roem te vergaren en hebben hem spottend dr. Esperanto genoemd, wat de Hoper betekent in het Babylonisch. De taal die hij zegt ontdekt te hebben, wordt daarom ook wel eens Esperanto genoemd.
GeschiedenisBewerken
Volgens Genesis, een hoofdstuk in de Bijbel, wilde men in het oude Babylon een toren bouwen, nog groter dan de Eiffeltoren. Omdat hiervoor een goede communicatie van levensbelang was, besloot koning Babel dat er een standaardtaal moest komen. Deze werd expres simpel gehouden, aangezien hij makkelijk te leren moest zijn. Zo ontstond het Babylonisch. De bouw van de toren ging goed, te goed naar de smaak van God. Hij had niets met hoge gebouwen. De Toren van Pisa had Hij al geprobeerd om te duwen, maar halverwege was Hij verveeld geraakt. Hij moest dus voorkomen dat deze toren afgebouwd werd.
Hij zorgde voor de Babylonische spraakverwarring: Hij gaf iedereen een veel ingewikkeldere taal, zoals Latijn, met acht naamvallen, Grieks, met rare tekens, of West-Vlaams, wat simpelweg niemand verstaat. Omdat God inspiratieloos was, baseerde Hij echter wel alle talen op het Babylonisch. De enige taal waarvoor dit niet gold, was het West-Vlaams, daar deed Hij maar wat.
Tijdens een familiebezoek in Haifa vond Stamelhof naar eigen zeggen een tablet met een onbekende taal erop. Toen hij het tablet bestudeerde, kwam hij achter de verbinding met andere talen. Met het Bijbelverhaal in zijn achterhoofd en een brilletje op zijn voorhoofd kwam hij tot de conclusie dat dit de taal was die in Babel werd gesproken. Hij schreef een leerboek in het Babylonisch en toert nog steeds de wereld over in de hoop dat iemand net als hij de stokoude taal wil spreken.
KritiekBewerken
Volgens de sceptische wetenschappers die niets met religieuze teksten op hebben,[1] is het Esperanto, zoals zij het noemen, één groot verzinsel. Zij menen dat Stamelhof zich tijdens zijn vakantie een slag in de spreekwoordelijke rondte verveelde, omdat hij zich moest zien te vermaken met zijn schoonfamilie. Hij ging daarom wat spelen met zijn voortplantingsorgaan letters, tot hij een taal had verzonnen die hij wel leuk vond. Zolang kerkleiders Stamelhof een mooi podium en navenante beloning blijven geven, heeft hij er geen enkel belang bij deze sceptici gelijk te geven, dus we zullen op de dood van de dokter moeten wachten tot waarheid boven komt.
TaalBewerken
AlfabetBewerken
Het Babylonisch[2] had veel letters die wij in het Nederlands ook kennen. De Q, W, X en Y hadden ze niet en zijn daarna door God bedacht, maar in plaats daarvan hadden de Babyloniërs diakrieten: de Ĉ, Ĝ, Ĥ, Ĵ, Ŝ en Ŭ.[3] De diakrieten moest men net zo uitspreken als de normale letters, maar dan zo dat de stembanden totaal overbelast raakten. Het alfabet leende zich vooral goed voor het uiten van pijnkreten, zoals aj en oj, en de speciale letters gaven extra mogelijkheden als aŭ en uĥ. Voor een taal waarin deze pijnkreten bewaard zijn gebleven, zie Frans.
GrammaticaBewerken
Het Babylonisch had relatief makkelijke grammaticale regels. Zo werden werkwoorden niet verschillend geschreven voor verschillende personen, dus van een dt-probleem hebben de Babyloniërs geen lasdt gehadt. Ook waren er geen verschillende geslachten, alles werd met la aangeduid. Op deze manier waren de Babyloniërs wat betreft genderneutraliteit hun tijd ver vooruit. Men kon het echter toch niet laten één complicatie toe te voegen, namelijk een naamval. Achter sommige woorden kwam een extra N, waaraan, als een soort muizenval, een blokje kaas werd geprikt. Op het moment dat een hongerige naam langskwam om van het stukje kaas te knabbelen, klapte de val dicht en werd de naam in tweeën gebroken. Dit werd gedaan omdat namen in die tijd verschrikkelijk lang waren, zoals Brfxxccxxmnpcccclllmmnprxvclmnckssqlbb11116. Dit werd door de naamvallen in korte tijd afgekort naar Jan.
Babylonisch citaatBewerken
—Dr. L. L. Stamelhof. |
VoetnotenBewerken
Notenbalk
|
Zie ookBewerken
Reeks van Internationale Talen en Spraakgebrekken | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|