Naar inhoud springen

Duinleermos

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Duinleermos
Duinleermos
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Pezizomycotina
Klasse:Lecanoromycetes
Orde:Peltigerales
Familie:Peltigeraceae
Geslacht:Peltigera (leermos)
Soort
Peltigera ponojensis
Gyeln. (1931[1])
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Duinleermos op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

Het duinleermos (Peltigera ponojensis) is een korstmos uit de familie Peltigeraceae. Het fotobiont is Nostoc.[2] Het heeft rhizinen die wit/bleek zijn, lang en zonder zijharen.

Uiterlijke kenmerken

[bewerken | brontekst bewerken]

Het heeft een folieus thallus met een bijna cirkelvormige vorm, variërend van 5–15 cm in diameter. De lobben zijn plat en langwerpig, soms geïmbriceerd of gescheiden, met afgeronde tot subtroncate uiteinden. Het bovenoppervlak varieert van grijs of blauwachtig grijs tot bruin in droge toestand, en zwartgroen wanneer nat, met een tomentose rand en soms iets glanzend in het midden. Het heeft geen isidiën en soredia. De medulla is wit met losjes met elkaar verweven hyfen. De onderkant is wit met anastomoserende, bleke, smalle, verhoogde en gladde aderen en rhizinen. Apotheciën zijn rond tot langwerpig, plat of worden zadelvormig, met een gladde tot gekartelde rand en een donkerbruine tot zwarte platte schijf.[3]

De pycnidiën zijn bruinachtig bovenaan en bleek eronder, ingebed en klein van formaat. De conidiën zijn kleurloos, bacilvormig of licht bifusiform en eenvoudig.[3]

Het duinleermos heeft geen kenmerkende kleurreacties.[3]

Microscopische kenmerken

[bewerken | brontekst bewerken]

De ascosporen zijn kleurloos tot bleekbruin, naaldvormig en 3–5 septaat.[3]

Het duinleermos groeit tussen mossen op de grond en komt voor in gematigde en boreale regio's van Noord-Amerika, Europa en Azië.[3] In Nederland komt het duinleermos zeer zeldzaam voor. Het staat op de rode lijst in de categorie kwetsbaar.[2]