Weidehommel
Weidehommel | |||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||||
Bombus pratorum Illiger, 1806 | |||||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||||
Weidehommel op Wikispecies | |||||||||||||||||||||
|
De weidehommel (Bombus pratorum) is een kleine soort hommel, die in Vlaanderen en Nederland veel voorkomt. De habitat bestaat uit weidegebieden, lichte bossen, tuinen en parken.
Weidehommels hebben net als de aardhommel twee gele banden maar met een rood/oranje achterstuk in plaats van wit. Ook kunnen deze gele banden minder duidelijk zijn of zelfs geheel ontbreken. Mannetjes van de weidehommels zijn duidelijk meer geel behaard (kop, achterrand van het borststuk en grote delen van het achterlijf) dan de werksters. De grashommel lijkt op de weidehommel, maar heeft roestbruine in plaats van zwarte korfharen op de poten. De weidehommel heeft een korte tong. De volgroeide kolonie van de weidehommel bestaat uit 50 tot 200 werksters. Het nest zit bovengronds in composthopen en vogelnesten, maar ook onder stenen. De jonge koninginnen zoeken al in augustus hun winterverblijfplaats op.
De soort komt op vele planten voor, maar zit vroeg in het jaar op wilgen, bolgewassen, longkruid en later in het jaar op kruisbessen, braam, framboos en wilgenroosje. De koningin is 15-18, de werkster 9-14 en het mannetje 11-13 mm lang. De spanwijdte van de koningin is 32 mm. Nestzoekende koninginnen zijn te zien van eind februari tot midden mei, de werksters van begin april tot eind juni en de jonge koninginnen en mannetjes van eind juni tot begin augustus.
Afbeeldingen
[bewerken | brontekst bewerken]-
Weidehommel op braam
-
Weidehommel koningin op Ribes sanguineum